Dit bedrijf begon ooit in een kleine keet in Zwijndrecht…

24-02-2017

Ze noemen hem ook wel Piet de Pijp. Piet van Leeuwen begint als manusje van alles en wordt uiteindelijk de grondlegger van een multinational. In de serie Overlevers: het verhaal van Van Leeuwen Buizen

 

Het zijn geen boomstammen hoor, maar buizen. Honderden. Kunstig op elkaar gestapeld, verticaal gestut. Je moet er toch niet aan denken dat het zaakje gaat rollen. Een van de werknemers van Van Leeuwen Buizen durft er wel op te staan. Hij weet heus wel dat ze de boel goed vast hebben gezet.

Piet van Leeuwen is een selfmade man. Hij begint op zijn twaalfde als manusje van alles in de olieverwerkende industrie. Maar hij wil meer en na wat zelfstudie (boekhouden en Engels) gaat hij aan de slag bij een ijzerhandel. Als hij in 1924 een kleine keet op een dijk vlakbij de spoorbrug in Zwijndrecht huurt, begint hij een eigen handeltje in gebruikt ijzer en staal. Het bedrijf heeft een gunstige ligging aan het water. Zo kan Piet zelf zijn koopwaar met een roeiboot aan- en afvoeren. Op het titelblad van zijn eerste orderboek schrijft de 21-jarige Piet ‘Werken is leven’. En leven kan hij van zijn inkomsten. Hij heeft verstand van zaken en al snel staat hij in de buurt bekend als Piet de Pijp. Maar dan legt de oorlog het bedrijf stil en wordt Piet vastgezet in een gijzelaarskamp in Haaren. De Duitsers proberen nog met een groot rijnschip al zijn voorraden en machines naar Duitsland te vervoeren. Gelukkig voor Piet gooien de de geallieerden roet in het eten. Zo kan hij na de oorlog de draad ‘gewoon’ weer oppakken. En met succes: al in het tweede jaar na de oorlog slaagt hij erin een vestiging in  België te openen.

  

Wie op de rotonde Kleinpolderplein bij Rotterdam rijdt, kán de reclame gewoon niet over het hoofd zien. Op het dak van een seniorenflat staat al sinds de jaren zeventig de 2,5 meter hoge lichtreclame van Van Leeuwen Buizen. Een prachtige plek, maar helaas soms wat verwarrend voor leveranciers die met hun vrachtje buizen onder aan de flat staan en niet in Zwijndrecht.

Leuk: zo begon het dus allemaal bijna 100 jaar geleden