27 NOV, 2025 • Opinie
Politiek zet Nederlandse investeringsklimaat onder druk
Nederland wil investeerders aantrekken, maar politieke instabiliteit en hoge kosten jagen ze weg. Steeds vaker gaat het geld naar het buitenland, terwijl hier groei en innovatie stagneren. Hoe kan Nederland zijn investeringsklimaat weer aantrekkelijk maken?
De ene na de andere multinational zet een streep door investeringsplannen in Nederland. De energiekosten zijn hoog, de vergunningverlening traag en politieke besluiten blijven uit, zo valt te horen. Tegelijkertijd waarschuwen experts dat jonge, innovatieve bedrijven moeite hebben om hier te groeien.
We glijden van investeringslijstjes af
In november 2023 tekende BP Nederland een maatwerkafspraak om de raffinaderij in Rotterdam te verduurzamen. De oliegigant had grootse plannen: wind op zee, duurzame vliegtuigbrandstof, CO₂-afvang, groene en blauwe waterstof en laadpalen. Twee jaar later is daarvan niets meer over.
‘Alles stond hier op de rol,’ zegt Corné Boot, directeur van BP Nederland. ‘En nu doen we niets meer. Nul.’ De oorzaken: politieke instabiliteit en falende randvoorwaarden. ‘Eerst elf maanden formeren, dan twee keer een gevallen kabinet… dat maakt Nederland onvoorspelbaar voor investeerders,’ zegt Boot.
Ook op andere punten scoort Nederland slecht. ‘Netcongestie, hoge energietarieven en een CO₂-heffing boven op het Europese systeem spelen ons parten. In Duitsland en Frankrijk krijg je korting, in Nederland betaal je extra.’
BP is een globale speler. Die kijkt waar de omstandigheden het gunstigst zijn, en investeert daar. Nederland is binnen BP simpelweg van de investeringskaart verdwenen. ‘De waterstoffabriek die we in Rotterdam wilden bouwen, wordt nu vlak over de grens in Duitsland neergezet. Het zijn politieke keuzes die tot deze problematiek leiden. De politiek kan het ook oplossen.’
Geen geldgebrek, maar beleidsarmoede
PwC signaleert dezelfde trends. Volgens hun Business Climate Heatmap is het ondernemingsklimaat voor het derde jaar op rij verslechterd. ‘Die verslechtering hangt onder andere samen met meer economische beleidsonzekerheid,’ zegt Gijs van Leeuwen, hoofd Private Equity bij PwC. ‘Als je bijvoorbeeld door netcongestie geen stroom krijgt, houdt investeren snel op. Dat komt niet door marktwerking, maar door bestuurlijke traagheid.’
Private Equity-partijen investeren nog steeds volop in Nederland, erkent Van Leeuwen. ‘Nederland heeft een sterke kenniseconomie en een goede logistieke positie. Dat trekt buitenlandse investeerders. Maar dit kan veranderen als het ondernemingsklimaat niet verbetert. Bedrijven hebben niets aan een kabinet dat na een jaar valt. Economisch beleid gericht op de lange termijn en voldoende investeringen vanuit de overheid zouden enorm helpen.’
Het probleem is dus niet geldgebrek, maar beleidsarmoede. Nederland hoeft niet de goedkoopste plek te zijn, maar moet wél de meest voorspelbare zijn. En dat is het al lang niet meer.
Niet alles hoeft te blijven, maar kies wél waarvoor je vecht
Econoom Jasper H. van Dijk (Instituut voor Publieke Economie) erkent de verslechterde investeringsomstandigheden, maar wijst erop dat niet elke daling in investeringen negatief hoeft te zijn. ‘Sommige sectoren passen misschien minder goed bij Nederland. Een extra CO₂-heffing in Nederland maakt investeringen in bepaalde sectoren inderdaad minder aantrekkelijk. Maar maakt ook ruimte voor investeringen in sectoren met potentieel grotere baten voor de Nederlandse samenleving.’
Toch ziet ook Van Dijk de groeibelemmeringen: ‘Netcongestie, trage vergunningen, een woningtekort… het zijn bekende problemen. En we hebben te weinig talent. Onze universiteiten zijn goed, maar we missen échte topinstellingen. Dat maakt het moeilijk om het beste talent aan te trekken. Dat is funest voor innovatieve sectoren. Investeer daarom in onderwijs, kennis en een goed functionerende arbeidsmarkt. Dáár ligt de sleutel naar een aantrekkelijker investeringsklimaat.’
Start-ups lopen vast
Wie denkt dat vooral multinationals last hebben van onzekere randvoorwaarden, kijkt niet goed. Start- en scale-ups voelen de stagnatie ook. Nederland verliest internationaal terrein. Het aantal nieuwe start-ups dat financiering wist op te halen, daalde vorige jaar van 172 naar 104.
‘Zeer zorgelijk,’ aldus Marije Dijksma van Techleap, expertisecentrum voor start- en scale-ups. ‘Meer dan ooit wordt economische groei gedreven door technologie. Landen die voorop lopen investeren in wetenschap en technologie, en creëren een gezond klimaat voor techbedrijven om te groeien.’
De overheid moet investeren in kapitaal en talent, vindt ze. ‘Nederland heeft een goede basis aan zorgvuldig opgestelde regels en kan dit omzetten om ruimte te bieden voor innovatie. In andere landen krijgen bedrijven vertrouwen en wordt achteraf gecontroleerd. Dat geeft rust en maakt innovatie mogelijk.’
Haar boodschap is helder: Nederland moet consistent beleid voeren. ‘Behoud wat goed werkt, zoals de expatregeling, en creëer instrumenten die groei stimuleren. Alleen zo blijft Nederland aantrekkelijk.’
Conclusie: Nederland heeft een geloofwaardigheidsprobleem
Het is te makkelijk om te zeggen dat Nederland ‘minder aantrekkelijk’ is geworden. Dat de energierekeningen te hoog zijn. Dat vergunningen te lang duren.
Nederland heeft nog altijd de potentie om een aantrekkelijk land te zijn. Maar wat er nu gebeurt, is dat de overheid bedrijven vraagt om langetermijninvesteringen, terwijl het haar eigen beleid nog geen vier jaar volhoudt. Investeerders weten heus dat Nederland niet het goedkoopste land is. Maar als het ook niet het meest voorspelbare land is, dan houdt het snel op.
Wat is de uitweg? Durf te kiezen voor stabiliteit, talent en innovatie, en durf vast te houden aan die keuzes. Herstel het vertrouwen dat Nederland een land is waar afspraken langer meegaan dan een regeerakkoord. Want als Den Haag blijft schuiven, schuiven investeerders Nederland aan de kant.



