Het is zomer, tijd om op het strand te gaan zitten en de computer uit te doen. Of niet? Wat zijn de plannen van ondernemers deze zomer? Wordt het genieten van welverdiende rust, of keihard doorwerken om de verloren tijd in te halen?
Manon Jansen | Ecorys | Utrecht
'Ik ben zo moe!'
'Ik ga eindelijk eens de computer afzetten! Drie hele weken. Dat is moeilijk, maar nodig. We hebben zo hard doorgewerkt de afgelopen tijd, eerst thuis en nu weer deels op kantoor. En deze fase vind ik nog het meest spannend, met een deel van het team thuis en een deel op kantoor. Mijn man roept vertwijfeld: die computer van jou staat altijd aan! En we hebben van onze Raad van Commissarissen een heel lieve aanmoediging gekregen om toch echt even weg te gaan, en vooral ook niet te kort. En dat is goed. Ik ben zo moe! Als je erin zit, ga je door, maar in deze fase besef ik pas hoe we onder spanning gestaan hebben. Ik ga drie weken lekker de natuur in, paardrijden met mijn man en mijn kinderen.
Adriaan Korthuis | Adviesbureau Climate Focus | Amsterdam
'Debat over klimaat beïnvloeden'
'Ik ga sowieso hard werken! Onze familie heeft een huisje aan het water, daar gaan we heerlijk naar toe. Ondertussen ga ik me inzetten om het debat over het klimaat te beïnvloeden. Ik maak me grote zorgen over de manier waarop de oude fossiele economie wordt heropgestart. Dat bedrijven roepen dat ze nu even geen geld hebben voor klimaatmaatregelen, daaruit spreekt, vind ik, zoveel kortzichtigheid. Die houding kan echt niet meer. Gelukkig zie ik ook heel veel bedrijven die daar heel anders over denken. Die vinden het wél vanzelfsprekend dat we snel van fossiele brandstoffen af moeten, willen we de aarde nog een beetje leefbaar houden. Dus dat wordt mijn huiswerk deze zomer: hoe we het publieke debat kunnen veranderen en zorgen dat het kwartje bij iedereen valt.'
Marja Nevalainen | DN Urbland | Delft
'We lopen over van het werk'
'Ik ga op werkvakantie! We hebben een project in China, waarbij we samen met drie Chinese bureaus werken aan een 38 kilometer lange rivierfront voor een nieuwe stad van 1,2 miljoen inwoners. Dat valt toevallig net in de zomer. Eind augustus moet het klaar zijn. Alles moet op afstand, we kunnen er niet heen natuurlijk. 't Gaat, ’t gaat. Ik ga naar ons vakantiehuisje in Finland en werk vanuit daar door. Elke week een virtuele vergadering met die drie bureaus, en ik stuur videopresentaties op. Binnenkort horen we ook of we een ander project in China hebben gewonnen. Het wordt gewoon keihard werken deze zomer, na een heel drukke periode. We lopen over van het werk.'
