14 OKT, 2025 • Buitenland

Het geheim achter het Deense innovatiesucces

Kunstmatige energie-eilanden, een revolutionair afvalmedicijn, enorme offshore windparken en een nieuw onderzoekscentrum voor eiwitontwerp: de Denen blonken de afgelopen jaren uit in innovatie en ontwikkeling. Waar de Deense overheid al jaren bewust bouwt aan een stevig en stabiel innovatie-ecosysteem, haalt Nederland juist geld weg bij onderzoek en ontwikkeling. Met het Deense model als spiegel wordt pijnlijk duidelijk wat er op het spel staat: onze toekomstige welvaart.

In Nederland bestaat minstens zoveel potentie. Zo dreigt een Nederlandse startup de batterijwereld op zijn kop te zetten. Vorige week kondigde LeydenJar de massaproductie van zijn superaccu aan, die de capaciteit van batterijen met vijftig procent kan vergroten. Het bedrijf kreeg hiervoor onder meer financiering van InvestNL, een nationale ontwikkelingsinstelling.

Maar of Nederland dit soort successen op lange termijn kan blijven vieren, is de vraag. Het kabinet-Schoof bezuinigde drastisch op onderzoek en innovatie, onder meer door het schrappen van het Groeifonds. Dat kan op korte termijn goed zijn voor het huishoudboekje, maar tast op de lange termijn de Nederlandse concurrentiepositie en ons verdienvermogen aan.

Het kan ook anders. Waar Nederland op deze manier dreigt weg te zakken op de innovatieranglijst, heeft Denemarken juist een constante toppositie. Het land staat al jaren op nummer 1 van het Europese innovatiescorebord (EIS) en is door zijn innovatiebeleid bijvoorbeeld marktleider geworden in windenergie (zie kader).

Stabiel investeringsbeleid

Een belangrijke reden voor dit succes is een stabiel investeringsbeleid: sinds 2009 liggen de investeringen van de overheid en het bedrijfsleven samen op 3 procent van het bbp. In Nederland schommelt dit rond de 2,3 procent. Anders gezegd: de Denen geven 2.644 euro per inwoner uit aan R&D, veel meer dan de 1.348 euro in Nederland.

Denemarken heeft hiervoor een bijzondere constructie, waarbij het overheidsbudget voor R&D wettelijk is vastgelegd op 1 procent van het bbp, inclusief Europese subsidies.

Bedrijfsleven zit aan tafel

Elk jaar beslist het parlement over de besteding van het grootste deel van dit geld, de zogenaamde forskningsreserve. Daarbij krijgen verschillende maatschappelijke stakeholders ook een stem.

‘De kracht van het Deense model is dat het bedrijven en andere partijen laat vertellen wat nodig en zinnig is. Dat collectieve aspect is belangrijk om te voorkomen dat één zienswijze domineert,’ zegt Carter Walter Bloch, hoogleraar aan de Universiteit van Aarhus, gespecialiseerd in het effect van investeringen op onderzoek.

Universiteiten als motor van innovatie

Belangrijk voor het Deense innovatiesucces was ook een reeks hervormingen aan de universiteiten. Zo werd in 2006 het aantal onderzoeksplekken verdubbeld en al deze nieuwe plekken werden direct gekoppeld aan het bedrijfsleven. Drie jaar eerder had het Deense parlement al een nieuwe universiteitswet aangenomen die de samenwerking tussen onderzoek en innovatie stimuleerde. Universiteiten dienden vanaf toen het leeuwendeel van hun onderzoeksbudget uit te geven aan door de overheid bepaalde ‘strategische’ onderzoeksvelden. Het commercieel uitbaten van universitair onderzoek noemt Bloch ‘de hoeksteen van het Deense innovatiebeleid’.

Essentieel bij het verdelen van het overheidsgeld is het formuleren van strategische bedrijfstakken waarin Denemarken moet uitblinken. Momenteel zijn dat de farmaceutische industrie, kwantumtechnologie, groene technologie en AI. Wat hierbij helpt, is dat deze plannen rusten op een breed politiek draagvlak, wat jojo-beleid voorkomt.

Zo weet de Deense overheid volgens een casestudy van TNO ‘opmerkelijk goed’ de richting van haar innovatiebeleid te sturen. ‘Internationaal competitieve sectoren zoals de farmaceutische industrie en windenergie krijgen financiële ondersteuning om een kritieke massa te bereiken. Er ontstaat een ecosysteem dat dermate veel schaalvoordeel heeft, dat het ondanks de beperkte omvang van Denemarken en relatief hoge belastingdruk internationaal kan concurreren.’

De kracht van stichtingsbedrijven

De Deense samenleving profiteert ook van het feit dat veel grote Deense ondernemingen bij hun oprichting kozen voor een bedrijfsvorm waarbij een stichting een meerderheidsbelang heeft. Honderden Deense ondernemingen, waaronder bierbrouwer Carlsberg en containergigant Maersk, zijn zo opgezet. Een voordeel daarvan is dat Deense bedrijven niet zomaar kunnen worden overgenomen. Maar het verplicht de bedrijven ook om via hun stichtingen een deel van de winsten weg te geven. Het meeste geld gaat vaak naar onderzoek en innovatie in sectoren waar het bedrijf actief is, maar de bedrijven stoppen ook geld in maatschappelijke projecten.

Het beste voorbeeld is de stichting achter Novo Nordisk, het farmaceutische bedrijf dat de afgelopen jaren succes boekte met het diabetesgeneesmiddel Ozempic en afvalmedicijn Wegovy. De Novo Nordisk Foundation is inmiddels groter dan de Bill & Melinda Gates Foundation en doneerde de afgelopen jaren miljarden euro’s aan duizenden projecten. Veruit het meeste geld gaat naar Deens onderzoek, naar bijvoorbeeld diabetes of hart- en vaatziekten.

De groei van de R&D-investeringen past bij een trend binnen de farmaceutische industrie waarbij biotechnologisch onderzoek (vaccins, enzymen, gentherapieën etc.) veel nieuwe geneesmiddelen voortbrengt. Dat leidt tot een groeiende afhankelijkheid van R&D en geschoold personeel. In 2023 investeert Novo Nordisk alleen al wereldwijd 2,9 miljard euro in R&D.

Toch speelt ook de Deense overheid een belangrijke rol door de juiste voorwaarden te creëren voor de farma-industrie. Voormalig CEO Lars Fruergaard Jørgensen van Novo Nordisk zei begin dit jaar in Elsevier Weekblad hoe de Deense overheid met aantrekkelijke voorwaarden een biomedische hub heeft gecreëerd. ‘Dan gaat het om samenwerking tussen bedrijven en universiteiten, goed onderwijs, maar ook het makkelijker maken om snel een vergunning te krijgen voor nieuwe fabrieken. Daarnaast gaat het erom hoe makkelijk het is om te beginnen met klinische ontwikkeling van geneesmiddelen, maar ook met nationale data van patiënten die je kan gebruiken. Dat is in Denemarken goed geregeld.’

Dat beleid is niet alleen goed voor de multinationals. In het biomedische cluster zijn 350 microbedrijven actief, elk met 9 of minder werknemers, en sinds 2017 zijn er in die regio 200 van dit soort bedrijven opgericht.

Advies voor Nederland

De Adviesraad voor wetenschap, technologie en innovatie (AWTI) adviseert – in navolging van de Denen – wettelijk vast te leggen dat een deel van het bbp naar onderzoek en innovatie gaat. Investeer 0,5 procent gericht en langjarig in strategische sectoren, aldus de raad. ‘Kies vier uitdagingen en sleuteltechnologieën en richt voor elk een innovatiefaciliteit op,’ schreef voorzitter Mirjam van Praag onlangs in het FD. ‘Zo bouwen we aan een weerbare Nederlandse samenleving en economie, klaar voor de uitdagingen van morgen. Het is tijd voor politieke moed om in onderzoek en innovatie te investeren.’

Dat is alvast een duidelijke opdracht voor de komende coalitieonderhandelingen.

WindenergieDenemarken is marktleider in windenergie, met twee van de vijf grootste windturbinefabrikanten ter wereld, de grootste fabrikant van windturbinebladen én de grootste ontwikkelaar van offshore-windparken.
Dit succes is een voorbeeld van effectief innovatiebeleid. In de nasleep van de oliecrisis van 1973 stonden Deense beleidsmakers voor de uitdaging om de energiesector minder afhankelijk te maken van olie. Het Deense parlement wilde geen kernenergie en besloot vol voor het toen nog nieuwe windenergie te gaan.
Huishoudens kregen belastingkorting als zij collectief windmolens neerzetten. In 1996 waren er in totaal 2.100 windcollectieven, gevormd door ruim 100.000 huishoudens. Dat legde de basis voor de acceptatie van windenergie. De Deense methode onderscheidde zich ook door niet alleen grote bedrijven maar ook de MKB-sector te steunen. Deze aanpak zorgde voor een vruchtbare bodem voor innovatie binnen het MKB.
Universiteiten, overheid en bedrijven werkten samen om aerodynamica, materialen en betrouwbaarheid te verbeteren. Dankzij deze kennisontwikkeling groeiden Deense bedrijven als Vestas en Bonus Energy (later Siemens) uit tot wereldspelers. De overheid kwam ook met verplichtingen: energiemaatschappijen moesten verplicht stroom van windmolens inkopen en gemeenten moesten er geschikte plekken voor zoeken.
Windenergie maakt nu 54 procent uit van de Deense energiemix. Er werken zo’n 33.000 mensen in de sector. Alleen al de export van windtechnologie was in 2023 goed voor 5,3 miljard euro.De sector had in 2024 een zwaar jaar door inflatie, hoge rentes en problemen in de toeleveringsketen. Ørsted, groot in de offshore windenergie, moest 800 banen schrappen. De overheid zag een tender voor offshore windparken mislukken.
Dat betekende niet dat de Denen hun plan opgeven. Zo investeert het Innovatiefonds Denemarken in de ontwikkeling van drijvende offshore windenergiesystemen. Vorig jaar stak het Deense programma voor energietechnologie 19 miljoen euro in 12 nieuwe windenergieprojecten. Green Labs Denmark steunde het testcentrum voor een volgende generatie offshore windturbinebladen.
‘De kracht zit ‘m in het lange termijn-perspectief,’ zegt hoogleraar Carter Walter Bloch. ‘Windenergie is nog maar relatief kort commercieel levensvatbaar, maar het stimuleringsbeleid is al decenniaoud. De overheid moest dus al die tijd de blik op de horizon houden.’

Deens recept voor succesStabiel investeringsbeleid – lange termijn zekerheid voor bedrijven en overheid.
R&D-norm in de wet – overheid legt verplicht budget voor onderzoek vast.
Dialoog tussen bedrijfsleven en wetenschap – gezamenlijke besluitvorming over middelen.
Strategisch onderzoek op universiteiten – bedrijven en universiteiten werken samen aan R&D.
Groeisectoren aanwijzen – focus op cruciale bedrijfstakken.
Verantwoord investeren – bedrijven investeren veel én dragen bij aan de maatschappij.
Aantrekkelijke voorwaarden – gunstig klimaat voor bedrijven en innovatie.

Handig: de wekelijkse Forum-alert

Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.

denemarkeninnovatieinvesteringenonderzoek & ontwikkeling (r&d)