30 MRT, 2017 • Actueel
8 tips van ervaren onderhandelaars voor een succesvolle formatie
Formeren is een grillig proces. Het kan snel, zoals in 2012 met twee partijen, maar het kan ook zomaar lang duren. Welke tips heeft het bedrijfsleven om uiteindelijk toch tot een werkbaar resultaat te komen? Spreek niet af op het Binnenhof. En telefoons uit.
541 Dagen. Zolang duurde de Belgische formatie die in 2010 begon en een jaar later eindigde. De Belgen haalden er het Guinness Book of Records mee. Nederland zal België niet snel verslaan, maar de formatie van een nieuw kabinet kan wel eens een lange zit gaan worden. Voor een meerderheid in zowel de Tweede als de Eerste Kamer zijn vier partijen nodig.
De onderhandelaars van de VVD en de PvdA wisten de formatie in 2012 tot 54 dagen te beperken. En dat voor twee inhoudelijk behoorlijke tegenpolen. De snelheid was mede te danken aan het ‘kwartetspel’: om de beurt mocht een partij een onderwerp uitkiezen, en dat grotendeels zelf invullen. Daardoor hoefde er niet uitvoerig over elk onderwerp onderhandeld te worden. Zo konden er op een aantal terreinen grote slagen worden gemaakt. Nadeel van deze aanpak is dat de ideologische verschillen in de loop van de kabinetsperiode alsnog kunnen gaan opspelen.
Snel of zorgvuldig?
De vraag is of Nederland niet meer gebaat bij een zorgvuldige formatie, die om die reden haar tijd mag nemen. Zeker nu er vier partijen om de tafel zitten. Maar tegelijkertijd is enige haast geboden, want na de zomer wacht Prinsjesdag.
Wat kunnen de huidige onderhandelaars leren van eerdere formatieprocessen en soortgelijke processen in het bedrijfsleven, zoals die rond fusies en overnames? De recente politieke geschiedenis biedt in elk geval genoeg leerstof. In de afgelopen twintig jaar hebben we zeven kabinetten voorbij zien komen. Vijf daarvan kwamen vroegtijdig aan hun einde; één (Balkenende III) was een overgangskabinet. Steeds opnieuw moet worden gezocht naar een meerderheid.
Tip #1
Wrijf het verlies niet in
Formaties zijn niet één op één te vergelijken met fusies, maar er zijn wel overeenkomsten, zegt Jaap van Muijen, hoogleraar leiderschaps- en persoonlijke ontwikkeling aan de Nyenrode Business Universiteit. Hij is gespecialiseerd in fusies en overnames. ‘Bij dat soort processen is het van belang dat de posities helder zijn: wie is de baas? Want je krijgt altijd een strijd om de macht. In het geval van Rutte I heeft de VVD het keurig gedaan, door het CDA naar verhouding veel ministersposten te gunnen. Je moet je eigen overwinning of het verlies van de ander niet te veel inwrijven.’
Tip #2
Wantrouwen is killing
Een probleem voorziet Van Muijen als twee tegenpolen ongeveer even sterk uit de stembus komen zoals de vorige keer de VVD en de PvdA. Die als liberalen en de socialisten ideologisch ver uit elkaar liggen. Van Muijen: ‘Dat hoeft geen onoverkomelijk bezwaar te zijn. Op lokaal niveau zie je bijvoorbeeld dat met een partij als de SP valt samen te werken. Zolang er maar onderling vertrouwen is in elkaar. Vertrouwen is cruciaal. Grof gesteld heeft het kabinet geen invloed op de ontwikkeling van de economie, en wordt het politieke spel steeds meer in Brussel gespeeld in plaats van in Den Haag. Dat betekent dat je als kabinet moet kunnen omgaan met tegenslagen en onvoorziene omstandigheden waaraan je zelf weinig kunt doen. Onderling wantrouwen is dan killing.’
‘Tegenpolen? ‘t kán werken. Zolang er maar vertrouwen is’
Tip #3
Kies een jong, nieuw team
Ook André Goedée, voormalig bestuursvoorzitter van zeetransportbedrijf Dockwise, benadrukt het belang van bedrijfscultuur en persoonlijke karakters bij dit soort processen. Bij Dockwise heeft hij verschillende fusies meegemaakt. Onlangs nam het bedrijf branchegenoot Fairstar over.
Hij voelt wel iets voor een ‘Italiaanse oplossing’: een zakenkabinet dat als team opereert, niet als een verzameling ministers. Goedée: ‘Ik denk dan aan een team van nieuwe, jonge mensen, want oude rotten hebben het allemaal al gezien, zijn bezoedeld met de kennis van het verleden. Jongeren kunnen met onorthodoxe oplossingen komen.’
Tip #4
Test karakters
Hij zou de nieuwe kabinetsploeg ook op een gezamenlijke managementtraining sturen, waarbij de leden de confrontatie met elkaar aangaan en respect voor elkaar krijgen. Dan kan ook worden getest of de karakters bij elkaar passen. ‘Ik heb niet de indruk dat kabinetten veel tijd inruimen voor dat soort heisessies.’
‘In het management van een gefuseerd bedrijf moeten verenigbare karakters zitten. Vakkennis alleen is niet voldoende’, zegt Wouter van de Bunt, managing partner Corporate Finance bij KPMG. ‘Je moet geen kemphanen in de raad van bestuur hebben die elkaar bestrijden in plaats van met elkaar aan groei werken. Het voordeel van het bedrijfsleven is wel dat je managers relatief makkelijk kunt wisselen als het onderling niet werkt. Dat kun je in de politiek niet zo snel doen, want dan heb je meteen een kabinetscrisis. Daarom moet je goed nadenken over wie je in het kabinetsteam opneemt.’ Dat betekent dat het invullen van de ‘poppetjes’ geen sluitstuk mag zijn van de formatie, en dat ministersposten niet moeten worden toebedeeld als beloning voor bewezen diensten.
Tip #5
Wijk uit naar neutraal terrein, telefoons uit
Goedée merkt op dat de spoeling toch al dun is bij politici, want niet iedereen heeft zin in zo’n publieke functie. ‘Je moet wel overeind blijven in de media. In het bedrijfsleven krijgt alleen de man aan de top alle aandacht, maar in de politiek wordt iedere minister kritisch gevolgd.’
In het kweken van onderling vertrouwen speelt de locatie van de onderhandelingen ook een rol. In het bedrijfsleven is het gangbaar om op neutraal terrein af te spreken, bijvoorbeeld het kantoor van een adviseur van een van de deelnemende partijen. Daarbij speelt ook mee dat het bij fusies en overnames om beursgevoelige informatie gaat, en besprekingen daarover niet uit mogen lekken. Goedée wijkt het liefst uit naar een ‘terrein zonder historie’, zoals een conferentieoord. Daar kan de aandacht worden geconcentreerd op de onderhandelingen, zonder gestoord te worden. ‘De telefoons gaan uit.’
De politiek zoekt het normaliter dicht bij huis: het Binnenhof. Soms wordt daarvan afgeweken. Hoogleraar Van Muijen: ‘De aanloop naar Balkenende IV werd gekenmerkt door de strijd tussen Balkenende en Bos. Formateur Herman Wijffels heeft ze toen bij elkaar opgesloten in het Friese Beetsterzwaag, ver weg van pers, politiek en publiek, met de boodschap: jullie gaan niet weg totdat jullie eruit zijn. Ze konden elkaar niet ontlopen. Zo bleef er druk op de ketel.’
‘Hou druk op de ketel. Desnoods door partijen op te sluiten met de boodschap: ga niet weg totdat je eruit bent’
Tip #6
Schuif hete aardappel niet door
De onderhandelingen in voorjaar van 2012 over een bezuinigingspakket, te beschouwen als een ‘tussenformatie’, lieten een variant op Beetsterzwaag zien. De onderhandelingen vonden plaats op het Catshuis, met de pers aan het hek die een glimp probeerde op te vangen en premier Rutte die zich per fiets tussen de vragende journalisten probeerde te manoeuvreren. De ‘miniformatie’ rond het Lenteakkoord liet juist weer de oude aanpak zien. Binnen twee dagen moesten spijkers met koppen worden geslagen en was er weinig tijd om iets te organiseren. Dus begaf minister van Financiën Jan Kees de Jager zich van fractiekamer naar fractiekamer om er met de vijf deelnemende partijen uit te komen.
‘Ik vraag me af of de keuze van de locatie de kritische factor is’, zegt Van de Bunt van KPMG. ‘Belangrijker is toch dat het op persoonlijk vlak matcht en dat de partijen de zaak goed hebben voorbereid. Bij een fusie heb je een prefusieplan. Vooraf moet je goed nadenken over het integreren van twee bedrijven, het benutten van de synergie en de pijnpunten van de fusie. Je moet alles zorgvuldig opschrijven en bij elkaar checken: is dit wat je bedoelt?’
Hij vraag zich in dat verband af of regeerakkoorden wel gedetailleerd genoeg zijn. ‘De hete aardappel wordt doorgeschoven. In de uitvoering komen de ideologische verschillen tussen partijen dan toch weer naar boven.’
Tip #7
Hou oog voor het machtsspel
Heb ondertussen oog voor het machtsspel, zegt Jaap van Muijen. Vooral tijdens onderhandelingen met buitenlandse partners kan dat element opspelen. Volgens hem gaan Britten bijvoorbeeld veel slimmer – of beter: sluwer – te werk. Nederlanders zijn meer gericht op de inhoud en minder op het spel. Het inzicht dat de andere partij het spel minder netjes speelt, leidt tot wantrouwen.
Voormalig PvdA-leider Wouter Bos merkte in dat verband eens op dat de PvdA en de SP zich tijdens de formatie van Balkenende IV uit elkaar lieten spelen door een ‘simpele truc’ van formateur Hoekstra (CDA). Hij zorgde er volgens Bos voor dat CDA, PvdA en SP nooit gedrieën aan de onderhandelingstafel zaten, maar steeds met twee. ‘Gratis advies aan alle toekomstige formatiedeelnemers: nooit mee akkoord gaan!’
Tip #8
Boek snel resultaten
En als er dan eindelijk een regeerakkoord ligt en een kabinet is geformeerd, moet dat snel resultaten laten zien. Dat geldt ook voor een bedrijf. Werknemers en aandeelhouders willen zien dat een fusie succesvol is. Van Muijen: ‘Je moet dus niet alleen doelen stellen op de lange termijn, maar ook op de korte termijn, zeg binnen een half jaar. Kun je als kabinet successen tonen, deel die dan als coalitie. Dat zorgt ervoor dat je tegenslagen makkelijker aan kunt.’
‘Mensen hebben de neiging om leiderschap groter te maken dan het is. Als het goed gaat in het land, denkt de burger dat dat door de regering komt. Ook als het slecht gaat overigens.’
Dit is een bewerking van het eerder verschenen artikel ‘Formeren tot je een ons weegt’
Plus: dit kan Nederland dus leren van DuitslandIn Duitsland duren formaties gemiddeld 43 dagen, tegen zo’n 90 dagen in Nederland. Politicoloog Peter Bootsma promoveerde onlangs op coalitievorming in de beide landen. Een van de verschillen is dat in Duitsland partijen al vóór de verkiezingen hun voorkeuren voor andere partijen uitspreken. Dat scheelt in de eerste onderhandelingsrondes. Daarnaast gaat het in Duitsland meestal om twee vaste coalitieblokken, terwijl in Nederland veel meer combinaties mogelijk zijn. Een derde verschil is de inzet van verkenners, informateurs en formateurs. In Duitsland doen de partijleiders de onderhandelingen zelf. Dat scheelt ook aan ‘circus’, aldus Bootsma tegenover SC Online.
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.