Branchevereniging aan het woord: NCV, de Nederlandse Vereniging voor Cosmetica

30-05-2022

In deze serie komen de brancheleden van VNO-NCW en MKB-Nederland aan het woord. Deze week directeur Ronald van Welie van de NCV, de Nederlandse Cosmetica Vereniging.

 

Vertel eens over uw branche en branchevereniging.

“Consumenten besteden jaarlijks rond de drie miljard euro aan cosmetica. Een behoorlijk bedrag omdat iedereen onze producten ongemerkt dagelijks gebruikt. Onze 130 leden leveren niet alleen make-up, maar ook producten als tandpasta, shampoo en zonnebrandcrème. Gelukkig heeft de coronapandemie daar geen verandering in gebracht: de omzetcijfers zijn stabiel gebleven. Naast de vertegenwoordiging van de Nederlandse markt is de NCV ook lid van het overkoepelende Europees netwerk dat in Brussel zetelt. Daar komt alle wet- en regelgeving voor onze branche vandaan.”

 

Hoe lang bent u directeur en wat is uw achtergrond?

Ik ben sinds zes jaar directeur en daarvoor was ik een tijd technisch directeur. Mijn achtergrond is inhoudelijk. Ik heb toxicologie gestudeerd, de studie naar de werking van schadelijke stoffen. Van alle stoffen waaraan mensen dagelijks worden blootgesteld, staat het gebruik van cosmetica op de tweede plek, na voeding. De veiligheid van onze producten is dan ook de kern van ons werk.”

 

Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?

“De Europese Green Deal is nu leidinggevend. In Europa is besloten dat het groener, veiliger en duurzamer moet. Het gebruik van verpakkingen is een mooi voorbeeld. We werken al jaren aan het optimaliseren van verpakkingen, waardoor bijvoorbeeld de scheidbaarheid en de recyclebaarheid beter is. Een andere grote kwestie is de chemische productveiligheid. Europa wil de regels flink aanscherpen. Onze producten komen in het vaste afval terecht of verdwijnen via het doucheputje. De chemische stoffen daarin moeten biologisch afbreekbaar zijn of onze waterzuiveringsinstallaties moeten daar iets mee kunnen. Het beschermingsniveau van mens en milieu komt steeds hoger te liggen.”

 

Wat zijn belangrijke lobbypunten?

“Ik denk dat we al waanzinnig veilige producten maken. En we zijn transparant over het gebruik van ingrediënten in onze producten: die staan op het etiket. Maar hoe onderbouwen we die veiligheid, en maken we duidelijk dat consumenten zich daar geen zorgen over hoeven te maken? Dat zijn actuele zaken. Ook is er nu discussie over welke chemische stoffen essentieel zijn voor gebruik in onze producten. Dat is een heel ingewikkelde discussie want wie beslist eigenlijk wat consumenten wel of niet mogen gebruiken?”

 

Hoe ziet u de toekomst van uw branchevereniging?

“Die zie ik positief in. Door de belangrijke kwesties die spelen, behouden we niet alleen onze leden maar groeit onze brancheorganisatie ook met kleine stapjes. De wetgeving wordt steeds complexer voor ondernemers. Die hebben dan iemand nodig die praktisch uitlegt wat ze moeten doen om aan de wet te voldoen. We zetten ook in op samenwerking met anderen. Onder de noemer Mengend Nederland werken we sinds een jaar samen met brancheorganisaties voor desinfectie- en reinigingsmiddelen (NVZ), spuitbussen (NAV), lijmen en kitten (VLK) en verf en drukinkt (VVVF). We hebben allemaal te maken met dezelfde uitdagingen als het gaat om het gebruik van stoffen en hopen zo beter gehoord te worden.”

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW?

“Ik ben echt onder de indruk van de prestatie die VNO-NCW heeft geleverd tijdens coronatijd. We zaten soms in overleg met meer dan honderd branchedirecteuren die vragen hadden over de laatste regels en subsidieregelingen. Het is een onmisbare schakel geworden om snel up-to-date te blijven.”

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen en waarom?

“Een lastige vraag, ik heb in coronatijd zoveel interessante branches leren kennen. Maar als ik moet kiezen, zou ik wel met Ingrid Tijssen van VNO-NCW willen meelopen. Om te zien hoe dat politieke speelveld dagelijks werkt.”