Infrastructuur en transport

Met infrastructuur bedoelen we wegen, spoorlijnen voor treinen, waterwegen voor binnenvaartschepen, vliegvelden, bruggen, tunnels en degelijke. Elke dag rijden er meer dan 140 duizend vrachtwagens over de wegen om onder meer supermarkten, ziekenhuizen en bedrijven te bevoorraden. Nog eens 2,4 miljoen mensen rijden elke dag in hun auto over de weg naar bijvoorbeeld hun werk. Het vervoeren van mensen of goederen is transport. Als je alleen al die getallen ziet, begrijp je dat het belangrijk is dat we die infrastructuur goed onderhouden en uitbreiden als dat nodig is. Een goede infrastructuur is belangrijk voor economische groei. Ons land ligt gunstig binnen  Europa, met aansluiting op de internationale handel en het vervoer van spullen en grondstoffen. Het vervoeren en organiseren daarvan levert Nederland veel winst op. Om dat zou te houden, is er voortdurend aandacht nodig voor onze infrastructuur. En moet het vervoer, met het oog op de toekomst, wel duurzaam worden.

Hoe belangrijk is de infrastructuur in Nederland?

Voor de economie zijn alle manieren van vervoer belangrijk: over de weg, per spoor, via waterwegen en havens,  in de lucht en zelfs via buizen. Door goede verbindingen kunnen bedrijven hun producten verkopen in het buitenland, of juist producten en kennis uit het buitenland halen. Dat geldt bijvoorbeeld voor het in het buitenland kopen of juist verkopen van machines, grondstoffen, chemische producten en producten uit de landbouw en de veeteelt. Voor de bedrijven die internationaal diensten verlenen en de hoofdkantoren van internationale bedrijven is de centrale functie van Schiphol en KLM belangrijk. Goede verbindingen met het buitenland maken ons land aantrekkelijk voor bedrijven om zich hier te vestigen.

 

Te weinig infrastructuur

Maar onze internationale positie wordt verzwakt door een gebrek aan infrastructuur op belangrijke plaatsen: in de sterke regio’s in de Randstad en Brabant. Dat blijkt vooral op de belangrijkste wegen, waar de files weer snel toenemen. Nederland heeft na België de meeste opstoppingen van Europa. Files zorgen voor veel economische schade in de vorm van tijdverlies, zowel voor het vervoeren van mensen als van spullen. In 2022 kostten vertragingen op de Nederlandse infrastructuur 1,7 miljard euro. Het effect van thuiswerken en reizen buiten de spits is na corona nauwelijks meer te zien. Het bedrijfsleven wil dat overheid en bedrijfsleven samenwerken om sneller geld te steken in wegen. Voor de aanleg van nieuwe infrastructuur moet het stikstofprobleem opgelost worden. Er is meer aandacht nodig voor onderhoud en vervanging van bestaande wegen en ‘kunstwerken’ als bruggen en tunnels.

 

Ook spoor, vaarwegen en havens belangrijk

De spoorwegen zijn vooral belangrijk voor het vervoer van mensen tussen de grotere steden. En zijn daarmee belangrijk voor het goed laten draaien van de vraag naar en het aanbod van werk. Werknemers reizen met de trein tussen thuis en werk. Voor het vervoer van spullen zijn daarnaast ook de vaarwegen en havens zeer belangrijk. Van de Rotterdamse haven naar de rest van Europa gaat de meeste vracht per schip. Vaarwegen, sluizen en havens moeten dat mogelijk maken, maar ook de verbindingen met het spoor zijn daarbij van belang.

 

Transport moet duurzamer

Als die bewegingen moeten wel duurzaam worden. Dat wil zeggen: veilig, schoon, stil en zuinig. Auto’s, schepen en vliegtuigen moeten minder energie gebruiken, en overschakelen op duurzame elektriciteit en brandstof op basis van plantaardige of dierlijke materialen. De aanschaf van elektrische auto’s en dergelijke moet betaalbaar en aantrekkelijk zijn, en dat betekent ook voldoende laadpalen om auto’s en dergelijke van stroom te voorzien.