Wat als de terreurdreiging blijft?

10-12-2015

Wat nu als we in Europa moeten leren leven met het feit dat het niet langer per se veilig is? En aanslagen of de kans erop onderdeel gaan worden van het dagelijks leven. Wat betekent dit dan? Spaanse, Duitse en Ierse ondernemers wéten hoe dat is. De terreur van ETA, RAF en IRA hield hen jaren in een greep. Hun verhaal.

 

Spanje en de ETA

‘De angst is verdwenen, maar de schaamte blijft’

'We leven met een groot litteken.' Voormalig voorzitter Miguel Ángel Lujua van de Baskische werkgeversorganisatie Confebask herinnert zich nog goed hoe zwaar de tijd was, zegt hij in een interview. Het geweld van afscheidingsbeweging ETA kwam voor veel ondernemers in Baskenland heel dichtbij. 'Ondernemers werden achtervolgd, hun bedrijven bekogeld met molotovcocktails.'

De ETA mag in het buitenland vooral bekend staan als de organisatie achter bomaanslagen, moorden en ontvoeringen, maar maakte zich – om die strijd te bekostigen – ook schuldig aan grootschalige chantage en afpersing van ondernemers. In vrijwel alle beroepsgroepen, van kleine zelfstandigen tot directeuren van multinationals. Een maffiapraktijk met verstrekkende gevolgen: de stille emigratie van hele families, het faillissement van bedrijven, en dagelijkse angst van honderden ondernemers na het ontvangen van de beruchte brief van de ETA met daarin de eis tot betaling van de zogenoemde 'revolutionaire belasting'. Eerlijk zijn over succes, geen ondernemer waagde zich eraan, zegt Ángel Lujua. Want dat kon je letterlijk het leven kosten.

 

'We leven met een groot litteken'

 

'De ETA koos voor een persoonlijke vorm van terreur', weet Gorka Landaburu, die diepgaand onderzoek deed naar het onderwerp. 'Anders dan de Yihad-strijders, die een collectieve terreur uitoefenen, gericht op het zoveel mogelijk mensen bang maken. Als de ETA-kas bijna leeg was, ontvoerden ze iemand die weigerde te betalen. Of vermoordden ze een gijzelaar. Waarna het geld snel binnen stroomde.'

Ook nu nog wil geen ondernemer er open over praten. In de Spaanse krant El Pais is wel een interview te vinden met een slachtoffer, maar dan onder de schuilnaam Pedro: 'De politie vertelde dat ze mijn naam op een lijst van potentiële gijzelaars hadden gevonden tijdens een inval bij de ETA. Ze adviseerden zo snel mogelijk Baskenland te verlaten. Met vrouw en kinderen ben ik meteen vertrokken.' Uiteindelijk dook het gezin twee jaar onder. Waarna Pedro besloot zijn angst opzij te zetten en terug te keren naar Baskenland. 'Maar wel begeleid door een dagelijkse escorte van bodyguards.' 

1999 Er wordt gedemonstreerd voor vrede nadat de ETA het staakt-het-vuren heeft beëindigd
1999 Er wordt gedemonstreerd voor vrede nadat de ETA het staakt-het-vuren heeft beëindigd
Foto: Luis Tejido/ANP

Ondanks alles groeide de economie van Baskenland tegen de klippen op. De noordelijke deelstaat van Spanje is één van de rijkste regio´s van Europa, met dank aan de vele industrie. Het gemiddelde jaarinkomen ligt er 33 procent hoger dan landelijk en het is één van de motoren van de Spaanse economie. 'We zijn erin geslaagd om welvaart te creëren, ondanks het terrorisme', zegt Ángel Lujua van de werkgeversorganisatie in hetzelfde interview. 'Die strijd hebben ze niet gewonnen.' 'Maar', weet Gorka Landaburu, 'het is nog altijd een groot taboe om ervoor uit te komen als ondernemer dat je bent afgeperst door de ETA. Je geeft toe dat je niet sterk genoeg was om de dreiging te weerstaan. Er is tot nu toe geen enkel slachtoffer publiekelijk voor uit gekomen. De angst is verdwenen, maar de schaamte blijft.'

 

Wat is de ETA?ETA, of voluit Euskadi Ta Askatasuna, is de in 1959 opgerichte Baskische afscheidingsbeweging die streeft naar een onafhankelijke, socialistische Baskische staat. Aanvankelijk was de ETA een vreedzame beweging tot eind jaren zestig werd gekozen voor het gebruik van geweld. De beweging zou in oorlog zijn met de Spaanse en Franse bezetters van Baskenland. En de strijd niet schuwen. ETA heeft bomaanslagen gepleegd, zich schuldig gemaakt aan kidnapping, moordaanslagen en afpersing. En wordt gekwalificeerd als terroristische organisatie in de Europese Unie en de Verenigde Staten.

 

Aanslagen ETAIn 1968 viel de eerste dode bij een aanslag van de ETA. Meliton Manzanas, hoofd van de geheime politie in San Sebastian, werd voor zijn huis doodgeschoten. In de jaren daarna volgden aanslagen op hoogwaardigheidsbekleders als de Spaanse premier Luis Carrero Blanco (autobom) en de militaire gouverneur van de Baskische provincie Guipuzcoa (doorgeschoten). 1980 staat bekend als het bloedigste jaar in de geschiedenis van de ETA: 118 doden bij verscheidene aanslagen. Maar ook in de jaren erna vielen slachtoffers bij bomaanslagen, ontvoeringen en moorden. Het geweld hield aan, ondanks diverse aankondigingen van een wapenstilstand. In 2011 zwoer de ETA het geweld af. De beweging maakte 858 dodelijke slachtoffers, onder wie 41 ondernemers. Bedragen zijn moeilijk te vinden, maar een recente studie onthulde wel dat de ETA alleen al aan het losgeld na ontvoeringen 38,5 miljoen euro verdiende. Zesentachtig mensen werden daarvan slachtoffer; de helft ondernemers.

 

Duitsland en de RAF

Na die moord veranderde alles

Werner Riek kan zich die fatale dag in september 1977 nog goed herinneren. Hij had er net een lange vergadering op zitten bij de Bundesvereinigung für Deutsche Arbeitgeberverbände (BDA), waar ook Hanns Martin Schleyer bij aanwezig was. Hij had hem de hand geschud, zat een paar stoelen naast hem in de zaal. Alles was normaal tot hij thuis het nieuws hoorde dat de machtige werkgeverspresident van BDA en BDI ontvoerd was.

'Het sloeg in als een bom', vertelt de nu 77-jarige Riek. Het was vrijwel direct duidelijk dat het de terroristische organisatie RAF was, die al meer aanslagen op hun kerfstok hadden. Maar dat het mogelijk was om een door politiemensen omringde man op klaarlichte dag op straat te ontvoeren, dat hadden weinigen voor mogelijk gehouden.

1989 Nadat de veroordeelde RAF-terrorist Karl-Heinz Dellwo in hongerstaking is gegaan, wordt gedemonstreerd om zijn eenzame opsluiting te beëindigen
1989 Nadat de veroordeelde RAF-terrorist Karl-Heinz Dellwo in hongerstaking is gegaan, wordt gedemonstreerd om zijn eenzame opsluiting te beëindigen
Foto: W. Schmidt/HH

Vanaf dat moment veranderde er heel veel. Riek was destijds woordvoerder van ondernemersverband Gesamtmetall, en ook zijn baas, MAN-bestuurslid Wolfram Thiele kon net als andere werkgeversvertegenwoordigers nu niet meer over straat zonder politiebescherming. De paniek onder ondernemers nam alleen nog maar toe na de vliegtuigkaping in Mogadishu op 13 oktober 1977 door RAF-sympathisanten, en natuurlijk de executie een paar dagen later van Schleyer. De politiebescherming van topmensen uit het bedrijfsleven zou nog tot het begin van de jaren negentig duren. Toch gingen ondernemers gewoon door met hun gewone werk. 'De nationale economie heeft er uiteindelijk niet of nauwelijks onder te lijden gehad', zegt Harald Schulz van het Ifo-instituut uit München. Er waren volgens hem toen andere zaken die vanuit economisch perspectief veel belangrijker waren zoals de oliecrises in 1973 en 1979 en de eerste door Helmut Schmidt georganiseerde G7. Dat wil overigens niet zeggen dat er helemaal geen economische effecten waren. Zo werd er bijvoorbeeld voor de berechting van RAF-leden een speciaal gerechtsgebouw gebouwd in Stuttgart voor 12 miljoen D-mark. De renovatie van de ambassade in Stockholm, die na een RAF-aanslag in 1975 zwaar beschadigd raakte, kostte eveneens veel geld.

 

'De politiebescherming van topmensen uit het bedrijfsleven zou nog tot begin jaren negentig duren'

 

Het blad Der Spiegel berekende dat alleen al de door de RAF aangerichte materiële schade op 250 miljoen euro uitkomt. En dan waren er nog de extra uitgaven door bedrijven aan veiligheidsmaatregelen zoals gepantserde ruiten, auto's en security. Exacte cijfers daarover zijn echter niet voorhanden. Evenmin valt te zeggen hoeveel van de extra investeringen in personeel en materieel door het Bundeskriminalamt door het terrorisme veroorzaakt zijn.

In zekere zin zijn de effecten zelfs tot op heden zichtbaar. Veel rijkere ondernemers hebben zich sinds de hoogtijdagen van de RAF volledig teruggetrokken uit het openbare leven, uit angst voor kidnappings, maar ook voor gewone criminelen die uit waren op losgeld. 'Maar', zegt kanselier Angela Merkel, 'het (terrorisme van de RAF; red.) heeft ervoor gezorgd dat, als het om de veiligheid van ons land gaat, alle politieke partijen van links tot rechts de rijen gesloten houden.'

 

Wat is de RAF?De RAF of voluit de Rote Armee Fraktion was een in 1970 opgerichte links-extremistische terreurgroep in Duitsland. Ook wel bekend onder de naam Baader-Meinhof Groep. De groep was betrekkelijk klein en bestond uit mensen die vrijwel allemaal afkomstig waren uit goede milieus. Hun doel: het bestrijden van het Duitse kapitalisme, waarin volgens hen een veel te grote rol was weggelegd voor voormalige nazi's. De RAF pleegde bom- en moordaanslagen, maakte zich schuldig aan ontvoering en afpersing en pleegde tal van bankovervallen (ter financiering van haar doelstellingen).

 

Aanslagen van de RAFDe eerste dode door een aanslag van de Rote Armee Fraktion viel in 1972 bij een Amerikaanse kazerne in Frankfurt am Main. In de jaren erna werden zeker zeven bomaanslagen gepleegd, onder meer op Uitgeverij Axel Springer. Ook werden moordaanslagen gepleegd, onder meer op de directeur van de Dresdner Bank, Jürgen Ponto, werkgeversvoorzitter Hanns-Martin Schleyer, Siemens-manager Karl Heinz Beckurts en bestuurder Eckhard Groppler. De acties van de RAF hebben in totaal ongeveer 48 dodelijke slachtoffers geëist. In 1998 ontving persbureau Reuters een verklaring van acht pagina's waarin de RAF verklaarde zichzelf te hebben opgeheven. Bewijzen voor de echtheid van die verklaring bestaan overigens niet.

 

Het Verenigd Koninkrijk en de IRA

Er was totaal geen toerisme meer

Het waren dappere ondernemers die in de jaren zeventig en tachtig in Belfast durfden te investeren. De Noord-Ierse stad was in de greep van de Troubles, een bloedige terreurstrijd tussen hen die de regio wilden laten samensmelten met de Republiek Ierland en hen die juist bij het Verenigd Koninkrijk wilden blijven.

Terugblikkend springt de geschiedenis van hotelondernemer William Hastings in het oog. Hij durfde het zelfs aan het Europa Hotel in de stad over te nemen, een gebouw dat 's werelds meest gebombardeerde hotel heette te zijn. 'Er was geen toerisme meer, dus ik concentreerde me met mijn hotelbedrijf op discoavonden, bruiloften en evenementen', zei Hastings over deze periode in een interview met het Britse blad Director. Lokale ondernemers werden onder druk gezet om een deel van hun omzet af te staan in ruil voor de garantie dat hun bedrijfsvoering van geweld gevrijwaard zou blijven, de zogenoemde protection rackets.

In de jaren negentig verplaatste de Ierse terreur zich naar Engeland, waar de Irish Republican Army (IRA) vooral Londen als doelwit had uitgekozen. Een bomaanslag bij Bishopsgate leidde tot een schadepost van 907 miljoen pond (834 miljoen euro), waarmee het 's werelds duurste terreuraanval was tot de aanslagen van 9/11. Maar de terreur van de IRA was niet de enige vorm van terreur waar de Britse hoofdstad mee te maken had. In 2005 kreeg Londen haar portie mee van de 'moderne' moslimterreur met aanslagen in de metro die 52 mensen het leven kostten.

1971 Britse soldaten patrouilleren in Londonderry tijdens de heftige rellen tussen de katholieke minderheid (pro-IRA) en de protestanten
1971 Britse soldaten patrouilleren in Londonderry tijdens de heftige rellen tussen de katholieke minderheid (pro-IRA) en de protestanten
DARDE/ANP

Dat bleef niet zonder gevolgen, ook voor het lokale bedrijfsleven. Een exportbedrijf van buiten de stad liet weten dat het tijdelijk koeriers inhuurde om documenten in de City af te leveren en niet langer eigen mensen op pad stuurde, 'om personeel niet met de stress op te zadelen'.

 

'Voor kleine bedrijven zijn de gevolgen van aanslagen al snel groter'

 

Veiligheidsbedrijven, taxichauffeurs en fietsverkopers meldden dat hun omzet was gestegen. En dan is er ook nog de erfenis van de Ierse terreur: Pool Re, een in 1993 gestarte Britse herverzekeraar voor de kosten van een terreuraanslag. Een initiatief van de Britse overheid en geboren uit bittere noodzaak, zegt ceo Julian Enoizi. 'Herverzekeraars vonden terreur niet langer een onvoorziene omstandigheid. Ze wilden het niet meer verzekeren, waardoor vastgoedontwikkelaars geen bankleningen konden krijgen en de bouw stil viel.' Pool Re probeert nu mee te bewegen met de ontwikkeling van terreur en onderzoekt bijvoorbeeld hoe het met cyberaanvallen moet omgaan. Ceo Enoizi: 'Voor kleine bedrijven zijn de gevolgen van een aanslag al snel groter dan voor grote bedrijven. Een grote bank heeft meerdere kantoren en kan elders blijven doordraaien. Een restaurant dat een paar dagen dicht moet, kan zomaar failliet gaan.'

 

Wat is de IRA?De IRA of voluit de Irish Republican Army is de naam voor verschillende paramilitaire organisaties die een Ierse staat zonder banden met het Verenigd Koninkrijk nastreven. De IRA ontstond in 1916 na het uitroepen van een onafhankelijke Ierse staat, de zogenoemde Paasopstand die door een Britse overmacht werd neergeslagen. Eind jaren zestig kwam het tot een splitsing tussen de zogenoemde traditionele en provisionele IRA-leden. De eerste groep zette de strijd voort met traditionele middelen (bomaanslagen), terwijl de provisionals een stadsguerilla voerden. Aan de gewapende strijd van de provisionele IRA kwam een eind na een bestand uit 1997, waarna de politieke tak – Sinn Féin – werd toegelaten tot vredesbesprekingen. In 2005 werd een definitief einde gemaakt aan de strijd in een op televisie uitgezonden verklaring.

 

Aanslagen van de IRADe strijd van de IRA heeft zeker 3.600 levens gekost. De IRA wordt verantwoordelijk gehouden voor de helft van het aantal doden, onder wie: 638 leden van de Britse veiligheidsdiensten en het leger; 640 burgers (vooral protestanten); 284 politieagenten; 149 eigen leden. xDe organisatie pleegde verschillende bomaanslagen waaronder twintig aanslagen op één dag in Belfast (1972) die bekend staan als Bloody Friday (9 doden, en 130 gewonden). Ook moordaanslagen horen tot het arsenaal van de IRA. Bij een aanslag op premier Margaret Thatcher in 1984 vielen vijf doden. Een mortieraanslag in 1991 op de ambtswoning van de toenmalige premier Major mislukte.

Dit artikel komt uit de print Forum