Onze werknemers zijn top!

02-10-2014

Werkgevers worden soms helemaal gek van ze, maar belonen ze toch met een ruime 7,5. De Nederlandse werknemer kan rekenen op behoorlijk wat enthousiasme als het gaat om inzet, loyaliteit en betrokkenheid. Maar gaat wat betreft aanpassings- en doorzettingsvermogen soms behoorlijk de mist in. ‘Ze zien niet altijd in dat ze zelf ook verantwoordelijk zijn voor de toekomst van het bedrijf.’

 

Eerst maar het goede nieuws. Over het algemeen zijn werkgevers over een groot deel van hun personeel tevreden, zo blijkt uit een Forum-enquête onder 336 ondernemers. 77 Procent van de werknemers doet het goed, volgens Nederlandse ondernemers. Ze zetten zich goed in voor het bedrijf, zijn loyaal naar de werkgever toe en tonen betrokkenheid. ‘Zij voelen zich verbonden met het bedrijf en staan klaar als er eens extra inzet gevraagd wordt.’ ‘Commitment! Heel simpel. Door het vuur gaan, deadlines halen, plezier hebben met elkaar.’ ‘Eigen probleemoplossend vermogen, verantwoordelijkheidsgevoel, bereidheid tot hard werken, focus, openheid, teamwork.’ Luie werknemers zijn een bijna onbekend fenomeen binnen Nederlandse bedrijven: ze hebben er hooguit een paar rondlopen, stelt 99 procent van de ondernemers. De meeste tot alle werknemers weten juist van aanpakken, is de ervaring van driekwart van de werkgevers. Een ruime meerderheid durft te beweren dat de meeste werknemers zichzelf terugverdienen. Kortom, lof voor de werknemer is er genoeg. 

Maar net even een stapje harder lopen om de werkgever te helpen in moeilijke tijden, dat doen veel werknemers niet, is ook iets dat veel ondernemers constateren. Een fiks deel van het personeel denkt niet echt mee over de toekomst van het bedrijf, is de ervaring van driekwart van de ondernemers. Veel werknemers kijken te weinig naar de belangen van het bedrijf. Er heerst een zesjescultuur, zegt een ondernemer. ‘Werknemers hebben de instelling dat alles hen voorgekauwd moet worden. Ik mis weleens de intrinsieke drijfveer om initiatieven te ontplooien.’ ‘Ik mis innovativiteit, gedrevenheid, de wil om te winnen.’ Het gros van de werkgevers zou hooguit de helft van hun werknemers omschrijven als innovatief. Bijna een kwart ziet ongeveer de helft van zijn personeel als ‘enigszins vastgeroest’. ‘Het idee [heerst] dat wel erg veel voor hen geregeld moet zijn; ambtelijk gedrag.’ ‘Ze zijn afwachtend.’ En, zeggen werkgevers, werknemers moeten nou echt eens ophouden met zeuren over futiliteiten, terwijl het Nederlands personeel het over het algemeen gewoon goed getroffen heeft met alle rechten. Bijna de helft van alle werkgevers stelt dat sommigen van zijn of haar werknemers te duur zijn, 13 procent vindt dat zelfs van de helft van zijn personeel. 

Van welke werknemer afscheid nemen?

Heeft u werknemers in dienst van wie u eigenlijk het liefst afscheid zou willen nemen? Ja, een enkeling, stelt 72 procent van de werkgevers. En 6 procent geeft zelfs aan dat ze een flink aantal personeelsleden een carrière buiten het bedrijf toewensen. De meest genoemde reden daarvoor? Werknemers die men het liefst ziet vertrekken, zijn vastgeroest in het bedrijf, niet klaar voor de toekomst en kunnen niet meer meekomen met nieuwe ontwikkelingen. ‘Zo demotiveren ze de rest van de werknemers, maar omdat ze te lang hier werken, zijn ze veel te duur om afscheid van te nemen', licht een ondernemer toe. Andere werkgevers hebben geen goed woord over voor het Nederlands ontslagrecht, dat pas in juli 2015 wordt versoepeld. ‘De wetgeving is niet flexibel genoeg om mensen die niet meer passen in de organisatie te ontslaan’, stelt een ondernemer. Ontslaan is bovendien vaak duur als werknemers al lang bij het bedrijf werken, zeggen anderen. Of zoals een werkgever het omschrijft: ‘Erfenissen uit het verleden, te duur om afscheid van te nemen.’

Leeftijd maakt wel/niet uit

Toch laat de best presterende werknemer zich volgens veel ondernemers (40 procent) niet vangen in een leeftijdscategorie. ‘Het maakt niet uit hoe oud men is. Iedere generatie brengt z’n eigen kennis, ervaring, wijsheid en flexibiliteit mee’, stelt een werkgever. Ook veel andere ondernemers geven aan dat elke leeftijdsgroep zo zijn eigen kwaliteiten heeft. ‘De veertigers zorgen er voor dat projecten afgerond worden. De twintigers zorgen er voor dat dingen slimmer en sneller gedaan kunnen worden en brengen nieuwe technieken en ideeën mee’, zegt een ondernemer. De werkgevers die wel kiezen, geven de voorkeur aan dertigers (24 procent) en veertigers (26 procent). Die hebben namelijk al wel ervaring, kennen het bedrijf en barsten nog van de ambitie om iets te maken van hun carrière, stellen ondernemers. ‘Ze zitten nog niet aan hun top en zetten dus een extra tandje bij om ook die ambitie nog waar te kunnen maken.’ Overigens is de leeftijdsgroep 35 tot 45 jaar ook de meest voorkomende onder het personeel (57 procent).

Vijftigplussers en twintigers dan? Die zijn niet populair – slechts 5 procent geeft de voorkeur aan veteranen en jonkies. Over die laatste groep gesproken, alle clichés die bestaan over jonge werkenden kunnen overboord. Ze zijn niet beter opgeleid, vindt 56 procent van de ondernemers, ze zijn niet ambitieuzer dan oudere werknemers (62 procent) en werken niet harder (88 procent). Aan de andere kant, afwachtend zijn ze ook niet, zegt 76 procent, en ze gaan ook niet alleen voor leuk werk (53 procent). Verrassend is wel dat 68 procent van de ondernemers vindt dat jongeren hogere eisen stellen aan de werkgever. En volgens 59 procent hecht de jonge werknemer minder aan een vast dienstverband.

Vast contract of juist niet

Als het gaat om de best presterende werknemers, zegt iets meer dan de helft (52 procent) dat het niet uitmaakt wat voor contract iemand heeft. 39 Procent ziet echter betere prestaties van een werknemer met een vast contract, tegenover 7 procent die tijdelijke medewerkers beter ziet presteren. Werknemers met een vast contract zijn loyaler, stellen ondernemers. ‘Ze voelen zich verbonden met het bedrijf.’ ‘Om loyaliteit te krijgen, moet je dat als bedrijf ook geven.’ ‘Als je iets van je mensen verwacht dien je daarin ook zelf te voorzien.’ Werknemers met tijdelijke contracten werken soms wel harder, om zo te laten zien dat ze een vast contract waard zijn, stellen sommige ondernemers. Bij het aannemen van mensen, geeft 67 procent van de werkgevers aan wel goed te moeten zoeken naar geschikte werknemers, maar 15 procent noemt het aanbod groot. Ook 15 procent geeft aan dat de mensen die ze nodig hebben nauwelijks te vinden zijn en 3 procent stelt tegenwoordig de voorkeur te geven aan het inhuren van zelfstandigen.

Werknemer is onmisbaar

Hoe kritisch de Nederlandse werkgever ook is over zijn of haar personeel, uiteindelijk zijn werknemers nodig om het bedrijf goed te laten functioneren en te laten groeien, beseffen veel ondernemers. ‘Samen werken [we] aan een mooie toekomst van het bedrijf en daar is iedereen belangrijk in. Je doet het samen en niet alleen’, zegt een ondernemer. En een andere werkgever: ‘Veel van mijn werknemers zijn goede, harde werkers, die de noodzaak inzien van presteren. Die begrijpen dat inzet niet doorslaggevend is, maar het resultaat van die inzet. Niet alleen voor zichzelf, maar zeker ook voor het collectief. Daardoor ontstaat een soort harde groep van mensen die bereid zijn te knokken voor de job en de onderneming.’

 

Over het onderzoekIn deze Forum-enquête is 9.500 ondernemers aangesloten bij de regionale verenigingen van VNO-NCW gevraagd naar hun mening over hun werknemers. Van hen vulden 336 de online-enquête in tussen10 en 23 september 2014. Aan het onderzoek deden ongeveer evenveel ondernemers in het klein- (één tot 25 werknemers), middelgroot- (26 tot honderd) en grootbedrijf (meer dan honderd) mee. De meeste bedrijven die meededen, zijn actief in de zakelijke dienstverlening (35 procent), gevolgd door industrie (20 procent). De meeste bedrijven (37 procent) geven aan dat ze vooral mbo’ers in dienst hebben, op de voet gevolgd door hbo’ers (34 procent).