Nu de zeven magere jaren voorbij zijn...

17-09-2015
  Allard Castelein
Havenbedrijf Rotterdam

’Investeer in infrastructuur’


'Of die zeven vette jaren eraan komen? Ik ben voorzichtig optimistisch. Het is niet zo dat ik ze nu al zie aan de horizon, want we staan in Nederland voor enorme uitdagingen. Die moeten we goed aanpakken willen we als land weer forse economische groei gaan meemaken. Ik vind bijvoorbeeld dat Nederland stevig moet investeren in de infrastructuur om deze groei aan te jagen. Als bedrijf hebben we geanalyseerd dat projecten als het verbeteren van het spoorwegnet of de verdieping van de Nieuwe Waterweg geld gaan opbrengen. Die betalen zich terug in economische ontwikkeling. Het is publieke infrastructuur maar het Rijk heeft er onvoldoende geld voor. Daarom worden we als havenbedrijf gedwongen hierin fors te investeren. Natuurlijk doen we dat in samenspraak met het ministerie, maar het is wel de omgekeerde wereld dat wij als onderneming een substantieel deel voor onze rekening moeten nemen. Investeren in infrastructuur loont, kan een enorme groeiversneller betekenen en is daarom belangrijk voor heel Nederland. Daarnaast moet Nederland zich echt vol gaan inzetten voor de energietransitie zodat we in 2050 vooral gebruik maken van duurzame energie. Een project dat wij graag willen uitvoeren, is het gebruiken van havenwarmte om de kassen in het Westland en woongebieden in Den Haag, Leiden en Rotterdam te verwarmen. Een financieel lastig project, waar we steun bij nodig hebben. De juiste mentaliteit is nodig om die progressie te maken. Ik ben democraat in hart en nieren, maar soms moet je durven doorpakken als overheid en zo’n project initiëren. Het vereist ook dat we als samenleving onzekerheid en innovatie omarmen. Daar hoort bijvoorbeeld ook de flexibilisering van arbeid bij.'

 

  Kaeso de Jager
Capgemini

’Regel ICT in het basisonderwijs’


‘Alle indicatoren wijzen erop dat de crisis achter ons ligt. De wereld ná de crisis is volkomen anders dan die daarvoor. Kijk alleen al naar de ontwikkeling van de smartphone en bijbehorende apps. Of de individualisering van muziek en televisie en de opkomst van 3D-printen. Er is nog veel werk aan de winkel willen we daar optimaal van profiteren en op weg gaan naar zeven – of liever nog twintig – vette jaren. Laten we beginnen goed te investeren in onze digitale infrastructuur en het onderwijzen van jonge mensen. Jaren geleden zei Loek Hermans, destijds minister van Onderwijs, dat de invoering van het schoolbord veertig jaar heeft geduurd. Dat moet nu echt veel sneller. Regel ict in het basisonderwijs, faciliteer als overheid moderne platforms die er onder andere voor zorgen dat mensen toegang krijgen tot kennis van universiteiten, zoals MIT en Harvard nu ook al alles online delen. Iedereen in onze samenleving krijgt dan toegang tot de digitale kant van de economie die nu zo hard opkomt. De overheid is nu nog gefocust op grote, infrastructurele zaken. Die worden in de toekomst steeds kleinschaliger. Ter illustratie: wasmachines zullen op afstand door het netwerk gestart worden als zonnepanelen energie gaan leveren. Een studie van Volvo berekende onlangs dat driekwart van de auto’s uit het straatbeeld gehaald kan worden als iedereen aan car sharing zou doen. Den Haag beseft dat we aan het begin van een enorme verandering staan, maar dit blijft iets wat je niet goed kunt plannen. De overheid moet dus constant bezig zijn met bijsturen. Als we dat goed doen, zie ik wel twintig vette jaren voor ons liggen.’

 

  Koos Timmermans
ING

’Zorg voor meer risicokapitaal’


‘Nederland heeft gelukkig niet dezelfde problemen als bijvoorbeeld Japan. Onze economie groeit nu weer, we zijn aan het opkrabbelen. Desondanks zie ik nog niet gelijk een wonderscenario waaruit échte groeiversnelling moet komen voor ons land. We gaan de komende jaren veel veranderingen meemaken waar we goed op moeten inspelen. Denk aan onze bevolkingssamenstelling: door vergrijzing raken we straks een deel van de beroepsbevolking kwijt. Of neem de positie van Nederland als exportland. We exporteren nu vooral naar de rest van Europa. Maar als Europa minder hard groeit, hoe zit het dan met de goederenstroom vanuit ons land? Het is belangrijk dat we ons daarop focussen en zorgen dat we nieuwe markten vinden om onze diensten en producten op af te zetten. Laten we dus ook vooral buiten Europa kijken. Daar zit de groei wat mij betreft. Ook de overheid moet gaan begrijpen hoe belangrijk export is voor de toekomst van Nederland.’

‘Een ander vraagstuk waar we ons op moeten richten, is het tekort aan risicokapitaal voor het mkb. Er ontstaan steeds meer vormen van financiering, zoals het informele circuit, maar private equity speelt nog geen rol voor kleinere bedrijven. Hoe gaan we vraag en aanbod bij elkaar brengen? Initiatieven zoals een Nederlands investeringsinstituut hebben last van stroperigheid. Misschien kunnen we wat leren van andere landen, waar overheid en de private markt dit soort initiatieven wél samen van de grond hebben gekregen.’

 

  Marijn Everaarts
Dopper

’Overheid, sta open voor kleine initiatieven’


‘Ik heb persoonlijk geen last gehad van de crisis: mijn eigen onderneming is juist gaan groeien de afgelopen vijf jaar. Ik heb het natuurlijk wel om me heen gezien, hoewel ik me ook weleens afvraag in hoeverre de crisis ons wordt aangepraat. We gaan zeven vette jaren tegemoet, maar moeten waken voor het begaan van dezelfde fouten die geleid hebben tot de financiële crisis: hebzucht en overconsumptie. Het geld moet niet weer verkeerd geïnvesteerd worden of zomaar belegd op de beurs. En nu mensen weer meer geld te besteden hebben, neemt de kans op bijvoorbeeld voedselverspilling weer toe. Laten we in de vette jaren onze consumptie in de gaten houden, zodat niet 40 procent van het voedsel door ons, de consument, wordt verspild.’

‘De economie gaat volgens mij weer bloeien door grassroots initiatieven, door lokale inmenging en mensen die het heft in eigen hand nemen. Zodat de consument zelf het kabinet wordt, want de democratie zit lokaal. Door bijvoorbeeld met een kleine groep een windmolen te kopen. Daar moet de overheid meer voor openstaan. Als een hele wijk in Tilburg zonnepanelen wil, maar het staat niet het bestemmingsplan, moet zoiets dan eeuwig duren? Als iedereen het er mee eens is? Zulke kleine initiatieven staan aan de basis van grotere veranderingen waar niet eerst zeshonderd wetten voor hoeven worden gepasseerd. Ik denk ook dat we steeds meer die kant opgaan. Maar laten we dan vooral het geld dat vrij komt niet meer dom in de financiële sector besteden.’

Lees hier (pdf) het portret-interview met Merijn Everaarts (Forum 28-10-2014).

 

  Marlies van Wijhe
Van Wijhe verf

’Snij niet in innovatie’


‘De economie mag er als geheel wat beter voor staan, de bouw heeft nog een lange weg te gaan. En daarmee ook de bouwmaterialensector. Gezonde bedrijven zorgen voor een goede economie, dat zou de overheid zich beter moeten realiseren. Toen de crisis ingrijpen nodig maakte, heeft de overheid ondernemers onder het mom van bezuinigingen opgezadeld met fors hogere lasten. Het geld dat zij daaraan kwijt waren, konden ze niet meer uitgeven om hun bedrijven te laten groeien. Een ongezonde situatie, zeker in een tijd dat het toch al niet zo goed ging. De overheid moet er voor waken dat bedrijven de komende tijd niet de cash generator blijven die ze de afgelopen jaren zijn geweest. Er zijn andere manieren om de begroting op orde te krijgen. Voor ondernemers is het de uitdaging meer te doen met hetzelfde of hetzelfde met minder. Dat zou de overheid ook moeten doen. Maar ik betwijfel of het daar snel van komt. Neem de discussie over de innovatiesteun. Nederland is nu achtste op de ranglijst van meest vooruitstrevende economieën. Maar de overheid ziet ons land graag op een hogere positie. Daarvoor zullen we meer moeten innoveren. Dan ligt het niet voor de hand om het mes te zetten in de WBSO en RDA, twee subsidieregelingen voor innovatie. Maar dat is wél wat er gebeurt bij het in elkaar schuiven van die regelingen. Het gaat onder het mom van ‘vereenvoudiging’, maar het pakt voor familiebedrijven als het onze uit als ordinaire bezuiniging. En dat vind ik jammer.’

Lees hier (pdf) het portret-interview met Marlies van Wijhe (Forum 12-2-2009).

 

  Harry Meens
Alfa Bier

’Stimuleer mkb-ondernemerschap’


‘Vette jaren? Ja, het gaat minder slecht met de overheidsfinanciën. En er zijn wat meevallers. Maar dan wordt er ook gelijk gesproken over ‘uitdelen’. Schandalig vind ik dat. Laten ze er eerst voor zorgen dat degenen die het geld elk jaar weer binnenbrengen, iets terugkrijgen. Duidelijkheid, eerlijkheid. Daar zou het in de politiek om moeten draaien. En geen loze beloften. Als je als overheid zegt dat je niet meer zal bijdragen aan een derde steunronde voor Griekenland, moet je daar ook bij blijven. Iedereen is het erover eens dat dit geen oplossing biedt. Dan kun je beter zeggen: ‘We stoppen ermee.’ De overheid moet mkb-ondernemerschap stimuleren. Het mkb faciliteren. Het alternatief is een structureel hogere werkloosheid accepteren. Leg niet zoveel risico bij burgers en ondernemers. Ik krijg als ondernemer zoveel over me heen aan wetgeving. Ik wil bijvoorbeeld een stadsbrouwerijtje oprichten. Maar als ik zie wat er van mij wordt gevraagd, denk ik weleens: ‘Moet ik hier mee doorgaan?’ En dan al die controles. Als alles op papier maar klopt. Het is puur het formaliseren, bureaucratiseren van systemen. De overheid probeert de gevolgen van haar eigen disfunctioneren continu neer te leggen bij anderen. Kijk naar dat ongeluk met die hijskranen in Alphen aan den Rijn. Er kiept iets om en nog geen uur later wijst de overheid naar iedereen, behalve naar zichzelf.’

‘Mijn kinderen voelen er wel voor om het bedrijf van me over te nemen. Maar ik vraag me serieus af of ik dat wel wil. Ik betwijfel of je in Europa over tien, twintig jaar nog wel moet ondernemen.’

Lees hier het portret-interview met Harry Meens (Forum 18-11-2010).

 

  Erwin van Lambaart
Van Lambaart entertainment

’Hou vast aan gemaakte keuzes’


‘Zonder de handel met Europa zou ons land niet de welvarende natie zijn die het nu is. We moeten die positie behouden en waar mogelijk verstevigen. Tegelijkertijd moeten we waken voor teveel bemoeienis van buiten de landsgrenzen. Soms vraag ik me echt af waar ze in Brussel mee bezig zijn. Overigens gaat de bemoeienis van buiten Europa soms ook wel erg ver. Neem de discussie met de Verenigde Naties over Sinterklaas. Terecht dat de organisatie z’n aandacht richt op discriminatie. Maar je kunt daar ook in doorslaan. We maken ons druk over hoe het nu verder moet met Zwarte Piet, terwijl het ons niet lukt om de echte problemen aan te pakken. Zoals de drama’s met de vluchtelingen in het Middellandse Zee-gebied.’

‘Ik ben blij dat het na jaren eindelijk weer de goede kant op gaat met onze economie. Maar het herstel is nog erg broos. De Nederlandse overheid moet prioriteiten stellen om de opgaande lijn vast te houden. Zich met de essentie bezighouden en niet verzanden in allerhande randverschijnselen. Het is ook zaak dat ze vasthoudt aan eenmaal gemaakte keuzes. En niet telkens nieuwe maatregelen afkondigt. Dat tast het consumentenvertrouwen opnieuw aan. Onrust is er al genoeg. Bijvoorbeeld door de discussie over de invoering van één uniform btw-tarief. We lopen daar als land teveel in voorop. Terwijl onderzoek heeft uitgewezen dat zo’n ingreep vergaande gevolgen heeft. Het gaat veel banen kosten, onder meer in de gastvrijheidssector. Ik zou daarom graag zien dat we deze discussie op de heel lange baan schuiven.’