21 JAN, 2015 • Portret
Mikkel Levelt: 'Ik was bang het te verknallen'
Een bedrijf leiden? Mikkel Levelt was onzeker of ze dat wel zou kunnen. Nu is ze directeur van familiebedrijf Simon Lévelt. ‘Mijn vader had het ook kunnen verprutsen.’
Mikkel Levelt is de girl next door. Toegankelijk. Sympathiek, maar ze zegt ook waar het op staat. Ze praat rustig. Denkt goed na over haar antwoorden. Bescheiden is ze, wél beslist. In het bezoekerscentrum van natuurgebied Kennemerduinen, haar favoriete wandelplek, bestelt ze cappuccino. ‘Ik bestel meestal koffie met een slok melk, om de koffiesmaak niet te proeven.’ Want die vindt Levelt ‘buitenshuis’ niet altijd even lekker. Het haalt het nooit bij de koffie van Simon Lévelt.
De zesde generatie in het familiebedrijf is Levelt (‘Zónder streepje’) en de eerste vrouw die er de scepter zwaait. Onder haar ‘bewind’ is Simon Lévelt gegroeid naar 47 franchisewinkels in Nederland en België. ‘Ze’ opende drie café’s, twee in Utrecht en een in Groningen. En dat moeten er meer worden, als het aan Levelt ligt. Zestig winkels in Nederland en België én in elke stad waar ze een winkel heeft ook een café. ‘Gemiddeld openen we twee winkels per jaar, dus we hebben nog even te gaan.’ Intern is het familiebedrijf bezig met een drastische herstructurering. ‘Er vallen geen ontslagen, er komen juist uren bij’, vertelt Levelt. Dat vindt ze belangrijk, aangezien een groot deel van de tachtig werknemers in Nederland al lang gemiddeld tien jaar bij de onderneming werkt.
Mooie ambities voor iemand die eigenlijk geen interesse had om toe te treden tot het familiebedrijf. De jonge Levelt, die vanaf haar 11de jaar graag oppaste op kinderen in de buurt, studeerde liever orthopedagogiek aan de Universiteit van Amsterdam. Tegelijkertijd begon ze haar bijbaan in een van de Amsterdamse winkels van Simon Lévelt steeds leuker te vinden. Het contact met de klanten, de dynamiek op de winkelvloer dat trok haar. Levelt begon zich af te vragen of dat misschien toch iets voor haar zou zijn, een loopbaan in het familiebedrijf. Maar ze durfde niet.
Wat weerhield u?
‘De verantwoordelijkheid, de druk. Ik was onzeker: dat kan ik toch helemaal niet, een bedrijf leiden? Ik was bang het te verknallen. Dat er een einde zou komen aan het familiebedrijf en dat ik de hele familie over me heen zou krijgen. Mijn vader zei destijds tegen mij dat híj het ook had kunnen verprutsen. Dat weet je niet van te voren.’
Wat gaf toch de doorslag?
‘Mijn vader heeft ons altijd vrij gelaten in onze keuzes. Hij was zelf gedwongen in het bedrijf te werken en dat wilde hij zijn eigen kinderen niet aandoen. Die vanzelfsprekendheid hem op te volgen, bestond bij ons thuis niet.’
‘Toch wilde hij op een gegeven moment uitsluitsel over of ik wel of geen interesse had. Zo niet, dan moest hij op termijn een andere oplossing zoeken. Toen dacht ik: ‘Dit is een kans die ik nooit meer krijg in het leven. Zonde om die kans niet te onderzoeken.’ Daarna ben ik er echt voor gegaan.’
En toen wilde uw oudere zus ook in het familiebedrijf…
‘Het leek haar wel leuk, werken in een familiebedrijf, maar ze ondernam verder niets. Pas toen ik in het bedrijf stapte kwam naar voren dat het haar ook wel aardig leek. Ik zei toen tegen mijn vader: ‘Jij moet een keuze maken, want ik zie het niet zitten om met mijn zus in het bedrijf te werken.’ We zijn gewoon te verschillend qua karakter. Dat gaat botsen.’
Lastig voor uw vader.
‘Hij snapte mijn bezwaar wel. En ik denk dat mijn zus het ook begreep. Toch is zij nooit echt in the picture geweest. Ze was niet zo serieus of uitgesproken met het familiebedrijf bezig als ik.’
Het legt ook druk op de band tussen u en uw zus.
‘Zeker sinds we allebei kinderen hebben, zijn we meer naar elkaar toegegroeid. Het is lang geleden dat dit allemaal speelde hoor. En het hangt zeker niet tussen ons in, nee, als we elkaar zien. Ze weet dat het bedrijfsleven niet haar ding is.’
Nu deelt Levelt het directeurschap met Rob Sikkema. ‘Ik heb het bedrijf nooit in mijn eentje willen leiden. Ik wilde een collega om mee te sparren en de verantwoordelijkheid mee te delen. Bovendien is met zijn tweëen altijd leuker dan alleen.’ De combi is achteraf ideaal gebleken: ‘Rob is integer, heeft geen ego. Dat is prettig samenwerken. We vullen elkaar aan. Hij is cijfermatig sterk en meer van de grote verbanden, ik van de details. Bestaande dingen perfectioneren, daar ben ik goed in.’
Wat is uw grootste valkuil?
‘Dat ik graag mensen wil helpen. Franchisenemers proberen vaak via mij dingen te regelen over huurkwesties, assortiment, over van alles eigenlijk terwijl ze binnen onze organisatie vaste aanspreekpunten hebben. Daar trap ik wel eens in. Dat is voor niemand goed. De winkelier denkt: ‘Ik bel de directeur gewoon en het is geregeld.’ De medewerkers: ‘Wat dóe ik hier.’ En bij mij blijft mijn eigenlijke werk liggen. Daar moet ik van mezelf alerter op zijn, dat ik daar niet in mee ga.’
Spijkers in het parket
Levelt werd op 5 december geboren in Heemstede. Haar verjaardag werd altijd ondergesneeuwd door Sinterklaas, dus haar geboortedag werd een half jaar later gevierd, op 5 juni. ‘Pas toen ik een jaar of 7 was, wist ik bewust dat ik in december jarig was.’
Nee, daar baalde ze helemaal niet van, dat haar verjaardag naar de lente werd verplaatst. ‘Ik vind het een slimme oplossing van mijn ouders. Ik hield het in stand tot ik 21 jaar werd. Toen vierde ik voor de eerste keer mijn verjaardag op mijn geboortedag.’ Levelt is sowieso geen verjaardagsvierder. ‘De hele dag ben je aan het cateren op je eigen feest. Afgelopen december sloeg ik het ook over. Sinterklaas vieren met mijn zoontje is veel leuker.’
Kliederen
Haar ouders hadden wel meer originele ideeën. Zo was één muur in de achterkamer van huize Levelt ‘gereserveerd’ voor tekeningen. ‘Die muur werd eens in de zoveel tijd weer wit geschilderd en dan konden we weer verder met kliederen. Vriendjes en vriendinnetjes vonden het altijd erg leuk om bij ons thuis te spelen.’ Ze moet er hard om lachen. ‘Mijn ouders waren soms wel raar, hoor. Ik herinner me nog dat we een nieuwe tent hadden gekocht die ze wilden uitproberen. De tent werd gewoon even in het parket vastgezet met kleine spijkertjes.’
Geheel in lijn met de ‘vrije’ stijl, noemde Levelt haar ouders gewoon ‘Hans’ en ‘Marlies’. Religie speelde geen rol in het gezin. Sterker nog: vader Levelt had zich uitgeschreven uit de katholieke kerk. Teveel regeltjes naar zijn zin. Verder gingen de kinderen naar de vrije school, iets waar Levelt goede herinneringen aan heeft. ‘Je komt als kind met verschillende vakken in aanraking. Kalligrafie, mandenvlechten, toneel, muziek, sport. Zo kan je zelf ontdekken wat je ligt of niet.’
Levelt vindt het ook belangrijk dat haar zoon zijn eigen weg kiest. ‘En nee, hij hoeft me niet op te volgen. Als het daarna ophoudt met het familiebedrijf, dan is dat maar zo.’ Ook hij gaat naar de vrije school, een bewuste keuze van Levelt. ‘Ik merk verschil in spel tussen kinderen die wel of niet op de vrije school zitten. Als de laatsten bij ons thuis komen spelen, wordt alles meteen een wedstrijd. Ze rommelen niet lekker aan in hun fantasie, maar spelen series of films na van de televisie. Zorgelijk.’
Sinds twee jaar zijn zij en de vader van haar zoon gescheiden. Maar het gaat allemaal goed, zegt ze. ‘Onze prioriteit is het belang van onze zoon en daarin vinden we elkaar dan weer.’
Onrust
Wel geeft het een hoop spanning, een eenoudergezin zijn én een bedrijf leiden. ”s Ochtends word ik wakker met onrust in mijn lijf. Ik denk aan wat er die dag moet gebeuren en hoe ik dat ga regelen. Daarom pak ik elke dag de fiets naar mijn werk. Ik maak speciaal een omweg langs het water. Heerlijk rustig, in de natuur. Het zorgt voor balans in mijn hoofd.’
Fietsen is niet de enige sport die de onrust uit haar lijf jaagt. Levelt wandelt en roeit. Elke week, al elf jaar lang, is ze te vinden op het water. De vrouwen met wie ze roeit kennen haar inmiddels door en door, iets wat ze waardeert. ‘Als ik nieuwe mensen ontmoet vertel ik meestal niet dat ik een nazaat ben van Simon Lévelt, nee. Dan zeg ik dat ik bij ‘een’ koffiebranderij en theehandel werk. Ik merk dat mensen anders op je reageren zodra ze weten dat je directeur bent. Vaak denken ze: ‘Dan wil ze vast niet meer met me praten, want ik doe maar eenvoudig werk’. Terwijl het mij daar helemaal niet om gaat. Wat een ander doet is net zo interessant als wat ik doe.’
Ondernemers moeten zich bezig houden met ondernemen en niet met politiek
‘Als je in een land opereert waar bijvoorbeeld mensenrechten worden geschonden, moet je zorgen dat het deel waar jij verantwoordelijk voor bent, in orde is. Ik zou zelf niet weggaan uit een land. Als ondernemer kun je helpen de situatie ten goede te veranderen.’
Laat Bram Moszkowicz even met rust
‘Ja. Hij zal van alles fout hebben gedaan, maar je hoeft iemand die hard valt, niet met zijn allen na te trappen. Ik vind dat erg Hollands: blij zijn als een succesvol persoon te gronde wordt gericht’
Vrouwelijke directeuren leiden een bedrijf anders dan mannelijke directeuren
‘Geen idee. Iedereen is anders; je karakter, achtergrond en wat je hebt meegemaakt bepaalt wat voor mens, en dus ook wat voor directeur jij bent. Tuurlijk heb je typisch vrouwelijke en mannelijke dingen, maar gelukkig is er méér dan dat alleen.’
1969 | Geboren in Heemstede | |
1990 | Orthopedagogiek, Hogeschool van Amsterdam | |
1991 | Vrij-doctoraal Pedagogische Wetenschappen, Universiteit van Amsterdam | |
1992 | Winkelmedewerkster, later bedrijfsleider Simon Lévelt | |
1995 | Small Business, Hogeschool Haarlem | |
1997 | Assistent inkoop zoetwaren Sligro | |
1999 | Onder meer hoofd binnendienst, accountmanager en commercieel manager Simon Lévelt | |
2003 | Directeur Simon Lévelt, samen met Rob Sikkema |
Handig: de wekelijkse Forum-alert
Meld je aan voor de nieuwsbrief en ontvang de gratis updates.