Branchevereniging aan het woord: Nederlandse Raad voor Training en Opleiding (NRTO)

12-10-2022

De NRTO, de Nederlandse Raad voor Training en opleiding, is de brancheorganisatie voor private onderwijsinstellingen, opleidings- en trainingsbureaus, exameninstituten en aanbieders van ervaringscertificaten. De kersverse directeur Ciel Stevens geeft een inkijkje.

 

Wat is er te vertellen over de branche en branchevereniging?

‘Onze 900 leden bieden enerzijds overheidserkende opleidingen aan, van voortgezet onderwijs, tot mbo en hoger onderwijs. Een ander deel verzorgt opleidingen op het gebied van persoonlijke ontwikkeling en branche- en functiegerichte opleidingen in bijvoorbeeld de tekortsectoren bouw, zorg of IT. Denk aan VCA-trainingen, taaltrainingen en inburgeringstrajecten. Er zijn ruim 32.000 aanbieders, waarvan een groot deel zzp’ers. De NRTO richt zich op de opleiders en trainingsbureaus. Die hebben als ondernemer ook een rol als werkgever. We voorzien onze leden van informatie en behartigen hun belangen.’

 

Welke kwesties spelen er momenteel?

‘We zitten in het hart van de actualiteit. Onze achterban bedient vooral volwassenen en jongvolwassenen. We hebben altijd al gezegd dat mensen zich moeten blijven ontwikkelen om duurzaam inzetbaar te zijn. Dat sluit aan bij de ambities van het kabinet rond een leven lang ontwikkelen. Heel belangrijk om te kunnen inspelen op uitdagingen zoals kraptesectoren en de veranderende vragen vanuit de arbeidsmarkt. Het is mooi om in deze organisatie mee te helpen aan bijvoorbeeld de energietransitie door mensen op te leiden om zonnepanelen te installeren.

Op 1 januari werd het STAP-budget voor scholing en ontwikkeling geïntroduceerd. Daar is duidelijk behoefte aan. De eerste resultaten zijn al geboekt. Ruim de helft van de aanvragers heeft een mbo-achtergrond. Het budget kan gebruikt worden voor om- of bijscholing. Bijvoorbeeld als je je je nuttig wil maken in onderwijs, IT of de zorg. Wij zijn nauw bij het STAP-budget betrokken omdat we een van de keurmerken leveren om je er als opleider voor te kwalificeren.’

 

En verder?

‘Samen met onder meer OCW, de MBO-Raad, VNO-NCW, MKB-Nederland en VNG bekijken we in de ‘Werkagenda mbo’ hoe we het mbo verder kunnen versterken. We vragen er aandacht voor dat onderwijs aan volwassenen om een andere aanpak vraagt dan het opleiden van jongeren. De samenwerking met die andere partijen is goed en dat is in het onderwijsveld nodig om het maatschappelijk belang te dienen. Behalve met de genoemde partijen overleggen we ook met de koepels van hogescholen en universiteiten.

Dan is er nog de alliantie ‘Samenwerken aan werk’. Daarin laten we samen met ABU, OVAL en Cedris zien hoe je mensen weer duurzaam aan het werk kunt helpen. We onderzoeken wat er nodig is voor een zij-instromer of in een re-integratietraject: ontwikkeladvies, een opleiding en een baan vinden. We laten goede voorbeelden zien aan politiek en beleidsmakers. Juist het feit dat je een publiek-private samenwerking hebt en geen gescheiden werelden bent, helpt.’

 

Hoe lang bent u al directeur?

‘Ik ben hier pas sinds 1 september directeur, maar heb al eerder gewerkt voor de brancheorganisatie van ziekenhuizen en die van participatiemaatschappijen. Verder was ik politiek assistent van twee bewindslieden op het ministerie van Economische Zaken en op Financiën, dus ik ken de weg in Den Haag. Ik heb affiniteit met het onderwijs omdat ik jarenlang voorzitter van een schoolbestuur was en via mijn kinderen die op verschillende niveaus onderwijs volgen.’

 

Hoe ziet u de toekomst van uw branche?

‘De plannen van het kabinet met een leven lang ontwikkelen zijn er niet voor de korte termijn. Het kabinet heeft als doel om in 2030 62 procent van volwassenen zich te laten ontwikkelen. We zijn dus een branche die volop in beweging is en moet blijven. Onze ondernemers kunnen bij uitstek inspelen op snelle maatschappelijke veranderingen en de trainingen en opleidingen bieden die op dat moment nodig zijn. De afgelopen jaren zijn we heel hard gegroeid, mede door het STAP-budget en ons keurmerk. Het is relevant de kwaliteit als pijler onder de organisatie te handhaven. De belangenbehartiging van onze leden gaat hand in hand met kwaliteit die ze leveren.’

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW?

‘We kunnen ons goed vinden in de belangenbehartiging van VNO-NCW over onderwerpen als btw, inhuur van zzp’ers en aanbestedingen. Verder is het leuk en nuttig om van andere leden te leren, bijvoorbeeld op een bijeenkomst met branchedirecteuren. We worden er allemaal alleen maar beter van als we ervaringen uitwisselen.’

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen?

‘Hoewel ik na een maand nog niet wil denken aan ruilen, zou dat zijn met een directielid van Bouwend Nederland. Dat is een machtig mooie sector met heel concrete producten. Nederland mag daar trots mag zijn. Ik heb in mijn vorige baan meegewerkt aan aanbestedingen voor infrastructurele projecten: uitzoeken hoe je belangen van alle stakeholders in kaart kunt brengen en er oog voor hebben als bouwer. Toen zag ik wat voor technische hoogstandjes we in Nederland hebben.’