14 MRT, 2022 • Weekbulletin
Werkgeversvereniging WENB: goed werkgeverschap betaalbaar houden
De WENB is de werkgeversvereniging voor bedrijven in energie, telecom, recycling en milieu. Directeur Reinier Rutjens vertelt over de vereniging en zijn rol.
Vertel eens over uw branche(vereniging).
‘We zijn misschien een vreemde eend in de bijt, omdat de werkgeversbelangenbehartiging bij ons geen onderdeel is van de brancheorganisatie. Ook werken we niet voor één, maar voor meerdere sectoren. WENB staat voor werkgeversvereniging energie- en nutsbedrijven. Dat zijn bedrijven in vitale sectoren, zoals energienetwerken, energieproductie, afvalinzameling en -verwerking, kabel en telecom en drinkwater. Onze 100 leden hebben samen 45.000 werknemers.
Met een klein professioneel team van 12 fte adviseren we onze leden over de triple arbeid: arbeidsmarkt, arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden. Een belangrijk product is cao’s afsluiten. Verder bieden we ledenvoordelen, zoals een collectief zorgcontract. We ondersteunen ook de opleidings- en ontwikkelingsfondsen van onze sectoren.’
Hoe lang bent u al directeur en wat is uw achtergrond?
‘Ik ben zes jaar directeur, maar ik werkte hier al als secretaris van de drinkwaterbedrijven en beleidsadviseur. Van origine ben ik politicoloog en ik werk mijn hele leven al op het snijvlak van verenigingsmanagement en arbeidsvoorwaardenontwikkeling. Vaak in de maatschappelijke en publieke hoek, bijvoorbeeld bij het GAK en de waterschappen. Ik was ook een paar jaar vakbondsbestuurder in de grafische industrie. Omdat wij een compact team hebben, zie ik mezelf ook als meewerkend voorman. Dat maakt deze baan heel leuk.’
Welke kwesties spelen er voor jullie?
‘Het tekort op de arbeidsmarkt is ons belangrijkste overall topic. Vooral de energiebedrijven worden daardoor getroffen, want die hebben een extra opgave bij het realiseren van de energietransitie en het klimaatakkoord. Zij moeten zoveel meer gaan doen dan vroeger: miljarden investeren, kilometers kabels leggen, transformatorstations bouwen, noem maar op. Ook zonneweides en windmolens moeten worden aangesloten.
Dat vraagt om veel vaktechnisch personeel. Maar bij het mbo daalt de uitstroom alleen maar. Sommige technische mbo-opleidingen verdwijnen zelfs door gebrek aan aanwas. Samen met onze O&O-fondsen doen we veel om jongeren te interesseren voor technische beroepen en opleidingen. Bijvoorbeeld de campagne ‘Power up the planet’. Daarnaast lobbyen we bij het ministerie voor aantrekkelijker techniekonderwijs en een landelijk dekkend netwerk van technische mbo-opleidingen. We hebben weleens gezegd – gekscherend maar met een serieuze ondertoon – dat iedereen die een technisch vak gaat leren, een elektrische scooter moet krijgen.
Ook zetten we in op zij-instroom. Aan het begin van corona zijn we het project ‘Branchebruggen’ gestart, om mensen die in de WW dreigden te komen om te scholen en bij ons aan het werk te zetten. Die mobiliteit moet nu wel gaan ontstaan. Voor de toekomst van Nederland is het ontzaglijk belangrijk dat de energietransitie goed gaat verlopen, zeker sinds de oorlog in Oekraïne.
Een tweede belangrijk thema voor ons is diversiteit en inclusie. Op dat gebied willen we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. We staan midden in de maatschappij, ook omdat sommige leden publieke aandeelhouders hebben.’
Hoe ziet u de toekomst van uw branche?
‘Onze sectoren zullen als vitale infrastructuur van wezenlijk belang blijven, maar dan moeten we wel de mensen vinden. De WENB moet blijven zorgen voor een goede arbeidsmarktpositie met uitstekende arbeidvoorwaarden. Wel tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten, want een deel van onze ledenkring wordt gefinancierd door burgers en bedrijven. Het is de uitdaging om een goede balans te vinden.’
Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW?
‘Dat is dé ondernemersclub waarvan we natuurlijk deel willen uitmaken. Via hen kunnen we onze lobbypunten in Den Haag krijgen. Zo hebben we meegeschreven aan de arbeidsmarktparagraaf van de klimaatplannen van VNO-NCW. Zij zitten dicht bij het vuur en informeren ons over nieuwe ontwikkelingen. Die informatie verrijken en vertalen we voor onze leden. Zo kunnen we echt een kennisknooppunt voor ze zijn.’
Met welke branchedirecteur zou u een dagje willen ruilen?
‘Met Peter Niesink van BOVAG. Zijn leden zijn anders dan de onze, meer mkb-bedrijven en ze hebben hele andere uitdagingen.’