Oproep: ‘Maak investeringen in wind op zee én elektrificatie industrie mogelijk’

In een gezamenlijke oproep aan de fractievoorzitters van de Tweede Kamer vragen VNO-NCW en andere vertegenwoordigers uit de industrie en energiesector om in de begroting voor 2026 stevige keuzes te maken voor de toekomst van wind-op-zee en betaalbare elektriciteit voor de industrie. De brief benadrukt dat zonder actie het risico bestaat dat de energietransitie stagneert en Nederland zijn concurrentiepositie verliest.

De aanleg van nieuwe windparken op zee stagneert momenteel. Energiebedrijven investeren niet vanwege hoge kosten, onzekere geopolitiek en een achterblijvende vraag naar elektriciteit. De energie-intensieve industrie wil verder elektrificeren. Maar stelt dit uit door energiekosten die vele malen hoger zijn dan in landen om ons heen.

De ondertekenaars – naast VNO-NCW zijn dat TenneT, VEMW, Energie Nederland, Netbeheer Nederland en NedZero – geven in hun brief zeven concrete voorstellen om deze vicieuze cirkel te doorbreken. Financiële garanties voor wind-op-zeeprojecten helpen bedrijven door de periode tot 2027 als er nieuwe regels komen. Het laten aansluiten van nieuwe projecten op al bestaande infrastructuur voorkomt onrendabele publieke investeringen.
Een andere belangrijke voorwaarde is de betaalbaarheid van elektriciteit voor de industrie substantieel te verbeteren, op het niveau van Duitsland en België. Hiermee komt er een gelijk speelveld. Subsidies die investeringskosten in de net-op-zee infrastructuur (zogenoemde CAPEX-subsidies) verlagen verder de nettarieven direct. Dit bevordert de verduurzaming van de industrie, creëert directe vraag naar schone elektriciteit en versterkt de businesscase voor offshore wind.

Door de val van het kabinet is het risico groot dat het de missionaire kabinet beslissingen uitstelt. Maar volgens de briefschrijvers is dat geen optie. Als we nu niets doen, raken we bedrijven én banen kwijt en komt de energietransitie stil te liggen, zo waarschuwen ze tot slot. Dat bespaart wereldwijd totaal geen CO2 maar gaat ten koste van een sterke, groene economie.