28 MEI, 2024 • Weekbulletin

Hoge Raad moet regels rond Didamarrest verduidelijken en beperken

De advovaat-generaal (AG) adviseert om de regels van het Didamarrest van de Hoge Raad uit 2021 te verduidelijken en beperken. In de eerste plaats moet de overheid volgens de AG de mogelijkheid hebben om van de Didamregels af te wijken als daarvoor een goede reden is. In de tweede plaats moet de niet-naleving van die regels niet tot ongeldigheid van de overeenkomst en overdracht leiden. Ook stelt de AG andere verduidelijkingen voor, waardoor de praktijk weet waaraan zij toe is. De Didam-regels geven bijzondere regels als de overheid een onroerende zaak wil verkopen. Dit leidde tot onzekerheid bij verkopen en gebiedsontwikkelingen.

 

In het Didamarrest heeft de Hoge Raad bijzondere regels gegeven voor het geval dat de overheid een onroerende zaak wil verkopen. Die regels komen erop neer dat de overheid aan iedereen die belangstelling voor de zaak heeft, een gelijke kans moet geven om de zaak te kopen. De overheid moet daarom volgens het arrest vooraf regels vaststellen aan de hand waarvan zij beslist aan wie zij de zaak verkoopt. Die regels moeten objectief, toetsbaar en redelijk zijn. Het voornemen tot verkoop en de regels die bepalen wie de zaak mag kopen, moeten worden gepubliceerd, zodat de procedure duidelijk is en daadwerkelijk gelijke kansen bestaan om de zaak te kopen.

 

Veel onrust

De Didamregels hebben in de praktijk tot veel onrust geleid. De AG bij de Hoge Raad adviseert ons hoogste rechtscollege nu dat als de overheid een goede reden heeft om met een bepaalde gegadigde in zee te gaan, dat een redelijke en objectieve rechtvaardiging opleveren voor een verschil in behandeling ten opzichte van andere gegadigden. Aangenomen moet daarom worden dat de Didamregels in dat geval niet gelden, ook al zegt het Didamarrest dat niet met zoveel woorden. Dit betekent volgens de AG dat zeer veel van de in het verleden door de overheid gesloten overeenkomsten niet in strijd zijn met de Didamregels, omdat de overheid een goede reden had om met haar contractpartij in zee te gaan.

 

Volgens de AG is een overeenkomst niet ongeldig als in strijd met de Didamregels is gehandeld. De overheid kan wegens de niet-naleving van die regels in beginsel uitsluitend aansprakelijk zijn voor de daardoor veroorzaakte schade.

 

De AG adviseert de Hoge Raad in zijn arrest ook om te verduidelijken op welke handelingen en goederen van de overheid de Didamregels nog meer van toepassing zijn en op welke wijzen gelijke kansen kunnen worden geboden bij de toepassing van die regels.

 

De uitspraak van de Hoge Raad wordt verwacht op 25 oktober. 

 

Lees hier meer over het advies

bestuursrecht