Even kennismaken met Leo de Boer

Sinds begin 2019 is Leo de Boer zakelijk directeur van VNO-NCW en MKB-Nederland. Zijn belangrijkste taak: transitie van de organisatie op het gebied van onder meer HRM, IT, huisvesting, de verenigingsstructuur en projecten.

 

Waarom ben je dit gaan doen?

‘Hiervoor zat ik twaalf jaar in de directie van het Verbond van Verzekeraars. Verenigingen hebben al twintig jaar mijn interesse: hun rol, positie en maatschappelijke betekenis en de beste manier om ze te managen. Ik heb daarover veel geschreven en lesgegeven. VNO-NCW en MKB-Nederland hebben via de bedrijven en 240 brancheverenigingen per definitie heel veel verschillende belangen aan boord. Die eredivisie wilde ik wel meemaken. En het is een verrijking dat ik nu een andere rol heb. De lobby had weinig geheimen meer voor me, maar als zakelijk directeur ga ik de machinekamer in. Ik doe nieuwe kennis, ervaring en contacten op.’

 

Was de transitie een grote klus?

‘Het was duidelijk dat er veel werk lag. Door de focus op lobby waren sommige dingen echt aan modernisering toe. Dat gebeurt overal. Het was wel meer en complexer dan ik dacht. Zeker de afgelopen twee jaar in coronatijd terwijl we met onze 140 fte in feite een mkb-bedrijfje zijn. Je staat snel aan de lat en dat vind ik ook leuk.’

 

Wat heb je als eerste aangepakt?

‘Het lastigste onderdeel: de herstructurering, één werkorganisatie vormen die beide verenigingen bedient. Omdat dat intern het spannendst was en omdat er voor de leden het meeste rendement te behalen viel bij een efficiënte operatie. Het vergde grondige voorbereidingen en intensieve gesprekken, maar daarna viel alles op zijn plek. Februari 2020 gaf de OR een positief advies. Toen veertien dagen later de coronacrisis begon, hadden we de structuur en formatie op orde.’

 

Ben je nu klaar?

‘Er zijn nu zo’n dertig projecten en projectjes uitgevoerd. Verrassend hoeveel je kunt doen met relatief weinig mensen. Er moet ook nog veel en we zijn nog druk bezig. Daarna moeten we het bijhouden en kijken waar we de lat hoger willen leggen. Bij voorbeeld bij digitalisering en dataverwerking, de uitbouw van het ondernemersplatform. Maar ook de opzet van het brugproject is een flinke klus.’

 

Wat is je grootste uitdaging?

‘Allereerst ontdekken waar de leden echt op zitten te wachten. Soms is dat heel duidelijk en soms gebeurt dat door een kleine opmerking in een ledencontact. Vervolgens vaststellen wat belangrijk en haalbaar is. Niet alles wat kan, moet ook. En dan zijn er specifieke uitdagingen zoals talent aantrekken.’

 

Ben je anders gaan kijken naar ondernemersverenigingen?

‘Het is me nog duidelijker geworden dat ze een belangrijke maatschappelijke rol hebben. Ondernemersverenigingen vormen een onderschatte infrastructuur. Ook internationaal. Daar ben ik nog lang niet op uitgekeken.’