3 JUL, 2023 • Nieuws
Chinabeleid vraagt om vinden juiste balans
VNO-NCW is positief over de stappen die het kabinet – in navolging van de Europese Commissie – heeft gezet wat betreft een meer realistisch China-beleid. ‘We zien dat China de laatste jaren een steeds assertievere houding aanneemt op het wereldtoneel. Het land kent een fundamenteel anders economisch systeem met allerlei regels die het betreden van de markt door Westerse bedrijven steeds moeilijker maakt. Tegelijkertijd blijft China een belangrijke markt én productielocatie voor Nederlandse bedrijven, die we – zeker op de korte termijn – nog hard nodig hebben om bijvoorbeeld onze klimaatdoelen te halen.’ Donderdag 6 juli debatteert de Tweede Kamer over de Nederlandse Chinastrategie. In een brief aan de Tweede Kamer onderstreept de ondernemersorganisatie daarom een aantal belangrijke aspecten in de toekomstige relatie met China.
Decoupling vs. derisking
Volgens VNO-NCW geldt voor alle bedrijven dat meer geopolitiek bewustzijn nodig is voor het zakendoen met China. ‘Het tijdperk van een volledig vrije handelsrelatie met China lijkt voorbij en daarvoor is een focus op economische veiligheid in de plaats gekomen. De recente exportrestricties van halfgeleidertechnologie zijn hiervan een voorbeeld. Waar de VS lijken in te zetten op ‘decoupling’ (het ontkoppelen van een land om strategisch niet te afhankelijk te worden) kiest Europa voor ‘derisking’ (het zoveel mogelijk spreiden van risico’s). Het is daarbij in belangrijke mate aan bedrijven om te kiezen hoe ze waardeketens verleggen. Wel kan het in sommige gevallen noodzakelijk zijn dat de overheid hier een actievere rol in speelt – in het bijzonder wat betreft strategische afhankelijkheden.’
Maak werk van grondstoffenstrategie
‘De EU importeert 80 procent van al haar grondstoffen buiten de Unie. China levert 59 procent van de Europese kritieke grondstoffen. Voor bepaalde grondstoffen – zoals zeldzame aardmetalen – ligt dit percentage zelfs boven de 90 procent. Onze afhankelijkheid van China wat betreft grondstoffen is daarmee te groot.’ Volgens VNO-NCW is het daarom essentieel om zo snel mogelijk werk te maken van een grondstoffenstrategie. ‘Het voorstel van de Europese Commissie (Criticial Raw Materials Act) is een goede stap om meer te diversifiëren op leveranciers van kritieke grondstoffen. Ook het voornemen van de Commissie om meer handels- en investeringsakkoorden te sluiten met grondstofrijke landen is belangrijk. Nu komt het vooral aan op een snelle uitwerking van de plannen in samenspraak met het bedrijfsleven’, aldus de ondernemersorganisatie.
Samenwerken met China én andere landen
‘China roert zich steeds nadrukkelijk op het geopolitieke wereldtoneel – zeker op het gebied van technologie. Europa hanteert daarbij een dubbele strategie: beschermen waar nodig, en een positieve samenwerkings- en handelsagenda waar mogelijk. Bij toenemende geopolitieke spanningen kan deze strategie echter steeds meer onder druk komen te staan. Daarom is het zaak om de banden aan te halen met landen als India en continenten als Afrika en Latijns-Amerika, om op die manier dit risico te ondervangen. Een goed voorbeeld is het EU-Mercosur handelsverdrag, waarbij het nu essentieel is dat Nederland het akkoord zo snel mogelijk ratificeert.’ Tegelijkertijd is volgens VNO-NCW ook belangrijk dat we blijven inzetten op gelijkwaardige samenwerking met China. ‘Op het gebied van bijvoorbeeld klimaat, gezondheidszorg en agro-food kunnen we intensiever met China samenwerken en het zou goed zijn als Nederland dit oppakt en uitwerkt met een publiek-private China-agenda.’
Europa raakt achterop in tech-race
‘Sleutel technologieën zoals kwantumtechnologie en Artificial Intelligence worden de komende jaren bepalend voor de mondiale machtsbalans. We zien dat er een ware ‘tech-race’ gaande is tussen landen – en dan met name tussen de VS en China. Inmiddels blijkt zelfs dat China op een flink aantal sleuteltechnologieën voorop loopt.’ Om niet nog verder achterop te raken zijn volgens de ondernemersorganisatie structureel meer middelen voor innovatie en technologie noodzakelijk. ‘Het is daarbij belangrijk dat Nederland zich aan de zogenaamde Lissabon-doelstelling houdt, om minstens drie procent van het BBP uit te geven aan innovatie.’