20 NOV, 2023 • Weekbulletin

Branchevereniging aan het woord: Schoonmakend Nederland

Schoonmakend Nederland is de brancheorganisatie voor de professionele (specialistische) schoonmaak- en glazenwassersbedrijven. Directeur Rob Rommelse vertelt.

 

Vertel eens over uw branche(vereniging).

‘Onze sector houdt Nederland schoon en veilig. Met de bekende schoonmaak van kantoren maar ook met de reiniging in ziekenhuizen en food-omgevingen waar hygiëne cruciaal is. De schoonmaaksector zet 4,7 miljard euro om en biedt werkgelegenheid aan 120.000 mensen. Bijna 70 procent van hen is via onze leden bij ons aangesloten. Dat zijn 500 bedrijven, van klein tot heel groot. Zzp’ers zijn overigens geen lid. Ons bureau werkt met een vaste kern van 15 fte. Verder huren we waar nodig deskundigen in.’

 

Hoelang bent u al directeur en wat is uw achtergrond?

‘Sinds 2020 ben ik officieel directeur, na een interim-opdracht om de vereniging te helpen aan een nieuwe strategie. Toen kwam corona en wilde ik graag langer blijven. Het was een waardevolle tijd door wat je als branchevereniging kon doen voor je leden. En doordat heel duidelijk werd wat de waarde van schoonmaak is voor de hygiëne in Nederland. Het zit in mijn bloed om te werken met branche- en groepsverenigingen, gecombineerd met ondernemerschap. Jarenlang was ik eigenaar van Atriumgroep – een bedrijf dat werkt voor belangenverenigingen – , nu onderdeel van Wissenraet Van Spaendonck. In 2018 heb ik mijn aandelen verkocht en ben nieuwe dingen gaan doen. Korte tijd later kwam dit op mijn pad.’

 

Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?

‘Zoals in veel sectoren is de krappe arbeidsmarkt een hot topic door de demografische ontwikkelingen. Zo is de vergrijzing extra voelbaar, want de gemiddelde leeftijd van medewerkers in onze sector is 47 jaar. We zetten daarom continu in op goed werkgeverschap om de branche aantrekkelijk te maken om in te gaan of blijven werken.

Ook ondernemerschap is voor ons belangrijk: zorgen dat het verdienvermogen van bedrijven overeind blijft of vergroot wordt. Daarnaast helpen we onze leden met verduurzamen. Dat draait nu nog vaak om zaken als elektrificatie en emissieloze kantoren. Maar er komt ook wetgeving aan rond de CSRD, de Corporate Sustainability Reporting Directive. Daar ligt ook een enorme kans, want we zijn een hele sociale sector. We hebben medewerkers aan de basis van de arbeidsmarkt veel te bieden, zoals opleidingen, aangepast werk en begeleiding. Ook buiten het werk, denk aan budgetcoaching. Door dat te laten zien aan je klanten, help je hen ook hun duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren.’

 

Wat zijn belangrijke lobbypunten?

‘De belangrijkste is: werk moet lonen. Het is lastig om meer mensen aan te trekken. Ook omdat die vaak bang zijn toeslagen te verliezen. Daarnaast is een eerlijk concurrentieveld van belang. Het is ons bijvoorbeeld een doorn in het oog dat zzp’ers niet gehouden zijn aan dezelfde veiligheidsregels als bedrijven. Vooral in de glazenwasserij.’

 

Hoe ziet u de toekomst van uw branche?

‘Schoonmaak is cruciaal. Het zal altijd blijven bestaan. De komende tijd gaan we ons ons nog sterker positioneren op onze specialismes, om de breedte van onze sector te laten zien. Denk aan vloeronderhoud, reconditionering – herstel na brand- en waterschade – hotelschoonmaak en gevelreiniging. We bieden werk aan mensen die anders misschien niet zo makkelijk aan een baan zouden komen. De waardering voor de schoonmaak is hoog. Dagschoonmaak draagt daaraan bij, dan wordt het veel meer een onderdeel van het bedrijf. En je moet er toch niet aan denken dat dat je kantoor, school, trein of ziekenhuis niet is schoongemaakt.’

 

Hoe ziet u de toekomst van de branchevereniging in het algemeen?

‘Onze branchevereniging zal blijven groeien, omdat we naast onze bestaande inkomstenstromen ook andere inkomsten ontwikkelen. Bijvoorbeeld door een arbeidsmarktcampagne met vacaturebank. Maar ook door autoriteit op te bouwen op het gebied van data over schoonmaken en ondernemerschap, zodat we begrijpen wat er speelt in de sector, of voor de lobby. Veel brancheverenigingen zijn nog een instituut. Dan verlies je het van de nieuwe concurrenten in de platformeconomie. Je moet als branche wel ondernemend zijn. Je blijven bewijzen, voor de troepen uitlopen. Daarnaast heb je een verbindende rol. Een branchevereniging is de Haarlemmerolie tussen bedrijven, overheid en vakbonden. En die zal je altijd nodig hebben.’

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW en MKB-Nederland?

‘Voor de toegang tot hun kennis en om onze ervaringen uit de praktijk te delen. Daarnaast zijn we onder de indruk van de lobbycapaciteit van beide clubs en hun bijdrage aan een gezond ondernemersklimaat. VNO-NCW en MKB-Nederland zijn goede versnellers om je lobbypunt in Den Haag te maken. Maar je denkt ook vanuit je beslissingspositie mee met hun beider strategieën. Dat is waardevol. Zeker in deze tijden van polarisatie.’

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen?

‘Met Cordula van Klink van NVM, de makelaars. Het is een interessante club die het eigen platform Funda heeft ontwikkeld met heel veel diensten eromheen. Daar worden ze in mijn optiek veel te weinig voor gewaardeerd. Ik denk dat hun leden nog niet voldoende doorhebben hoe waardevol dat voor ze is.’

 

arbeidsmarktkraptebrancheorganisatiescorporate social responsibility (csr)corporate sustainability reporting directive (csrd)sociale ondernemingenvergrijzing