17 JUL, 2023 • Weekbulletin

Branchevereniging aan het woord: NVZ – Schoon | Hygiënisch | Duurzaam

In deze serie komen de brancheleden van VNO-NCW en MKB-Nederland aan het woord. Deze week directeur Marten Kops van de NVZ – Schoon | Hygiënisch | Duurzaam.

 

Vertel eens over uw branche(vereniging).

‘Wij zijn de branchevereniging voor importeurs en fabrikanten van middelen voor reiniging, onderhoud en desinfectie, en schoonmaakmachines. We hebben 64 leden waarvan een deel grote multinationals zijn en de meerderheid mkb. Daarmee vertegenwoordigen we zo’n 90 procent van de markt. Naast de traditionele brancheverenigingstaken profileren we ons als kenniscentrum in onze sector, op het gebied van onze waarden schoon, hygiënisch en duurzaam. Daarbij maken we naast onze eigen expertise in het bureau en bij de leden gebruik van een netwerk van kennisinstellingen en wetenschappers.’

 

Hoe lang bent u al directeur en wat is uw achtergrond?

‘Ik ben sinds 1 juli directeur, maar loop al wel elf jaar rond bij de NVZ. Na een bacheloropleiding scheikunde en een master toxicologie ben ik bij de NVZ gestart. In eerste instantie hield ik me bezig met wet- en regelgeving, de laatste vijf jaar als technisch directeur met meer strategische vraagstukken. Er komt veel op onze leden af en ik ga graag aan de slag met de uitdagingen die er liggen.’

 

Welke actuele kwesties spelen er momenteel voor jullie?

‘Wij maken ons zorgen over wat wij noemen ‘chemiefobie’. Chemie heeft een slecht imago. Mensen denken al snel aan giftige wolken en een schadelijke industrie. Terwijl de chemische industrie juist heel belangrijk is in het behalen van de 17 duurzaamheidsdoelen van de Verenigde Naties. Chemiefobie en een wantrouwen richting de industrie leidt steeds vaker tot meer en meer complexe regelgeving. Zonder dat deze aanvullende regelgeving daadwerkelijk leidt tot een veiligere of duurzamere samenleving. Integendeel, op dit moment zijn er aanpassingen van wetgeving op komst die verduurzaming juist tegenwerken. Een andere kwestie is de beschikbaarheid en prijs van grondstoffen. Ook wij merken die effecten in onze sector. Dat zorgt voor een grote uitdaging voor onze leden en het is de vraag wanneer de situatie verbetert.’

 

En wat zijn belangrijke lobbypunten?

‘Deels gaat dat over de eerdergenoemde chemiefobie. Wij pleiten voor een holistische benadering van duurzaamheid, waarbij rekening wordt gehouden met de grote toegevoegde waarde van chemische stoffen. Duurzaamheid gaat niet alleen om het streven naar hernieuwbare grondstoffen, maar ook om de effectiviteit van producten. Hoe beter onze producten werken, hoe duurzamer het gebruik. Verder komt er zoals gezegd veel wet- en regelgeving uit met name de Europese Unie op ons af. Nederland heeft daarnaast regelmatig de behoefte om nog een tandje sneller te gaan. Vanuit het behoud van een gelijk speelveld zijn wij tegen nationale koppen op EU-wetgeving.’

 

Hoe ziet u de toekomst?

‘Er zal altijd vraag blijven naar onze producten, daar maak ik me geen zorgen om. Die zijn nodig voor een hygiënische, duurzame samenleving. Ik zie wel dat de steeds strengere wetgeving in Nederland voor onnodig grote lasten zorgt. Met name producerende bedrijven zullen zich afvragen of ze nog wel in ons land gevestigd willen blijven. Terwijl lokale productie bijvoorbeeld in coronatijd van groot belang is geweest om ziekenhuizen van voldoende desinfectiemiddelen te voorzien.’

 

Waarom zijn jullie lid van VNO-NCW en MKB-Nederland?

‘Wij zijn een relatief kleine vereniging. Maar we vertegenwoordigen een industrie die cruciaal is voor het kunnen functioneren van andere grote industrieën, zoals de zorg en de productie van voedingsmiddelen. Daarmee spelen we een belangrijke rol in de Nederlandse economie. Via het lidmaatschap willen we beter toegang krijgen tot politiek Nederland. Daarnaast willen we de kennis die we hebben graag in een breder netwerk delen.’

 

Met welke branchedirecteur zou u weleens een dagje willen ruilen en waarom?

‘Dan kies ik voor de directeur van een andere NVZ, de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuizen. Hun leden maken vanzelfsprekend veel gebruik van onze producten. Ik ben benieuwd naar wat er leeft. We zien bijvoorbeeld dat hygiëne weer minder op de voorgrond staat in de maatschappij sinds de pandemie. Hoe gaat dat in ziekenhuizen?’

brancheorganisatieschemische industriecirculaire economiegrondstoffenindustriebeleid