Gijs Scholman (Lely): ‘Standaardwerk wordt boer uit handen genomen’

21-02-2017

Slim werken. Dat is wat de boer gaat doen, zegt Gijs Scholman van Lely. Lely is een internationaal familiebedrijf in de agrosector voor machines die gaan van ruwvoerwinning op het land tot melk in de tank. Het bedrijf was de eerste die een melkrobot op de markt bracht. En geeft ook advies voor het slim inrichten van het melkveebedrijf. De moderne boer, denkt Scholman, hoeft  standaardwerk dankzij robots niet meer te doen. En werk zo duurzaam en diervriendelijk.

 

 

‘We staan pas aan het begin van robotisering in de agrarische sector’, zegt Gijs Scholman van Lely. ‘Bij Lely, en ook bij andere bedrijven, dromen we over zoveel meer dan wat we nu doen. Op een schaal van 1 tot 100 zijn we nu ongeveer bij 10 of 15. Het staat allemaal nog in de kinderschoenen. Wij focussen ons natuurlijk op de melkveehouderij. In het midden van de jaren negentig kwam Lely als eerste met een melkrobot. Die wordt in Nederland toegepast door 20 tot 25 procent van de melkveehouders. Maar wereldwijd is dat nog een single digit-getal. En ook in mestverwerking bijvoorbeeld is nog heel veel mogelijk.’

'Volgens ons is het helpen van de boer de troostprijs. De hoofdprijs is machines ontwikkelen die het werk zo veranderen dat de boer meer consumentgericht en gericht op dierwelzijn en food safety produceert. Standaardwerk moet de boer uit handen worden genomen, zodat de melkveehouder op individueel niveau met zijn dieren bezig kan zijn. Ons principe is dat een koe alleen wordt aangeraakt door een mens als die koe exceptionele aandacht nodig heeft. Een van de principes is vrij koeverkeer. De koe moet zich kunnen gedragen zoals in de natuur. Dat betekent: op elk gewenst moment kunnen eten, staan, liggen of gemolken worden. Niet zoals nu veel koeien in groepen met veel lawaai door een melkcarrousel jagen. Daar zit een behoefte van de consument achter, maar ook welbegrepen eigenbelang. Een koe gaat zo langer mee, is minder ziek en dat is weer goed voor voedselveiligheid en de natuur.'

 

‘Robotisering van de boer staat nu nog in de kinderschoenen’

 

Weidegang is in Nederland helemaal hot, maar in de rest van de wereld speelt dat helemaal niet. Dat komt door de gedachte van de consument – versterkt door reclame van de supermarkten – dat een koe beter af is buiten. Daar is geen wetenschappelijk bewijs voor. Maar je kunt wel zeggen dat het dus een marketingtrucje is, we moeten daar als sector wel iets mee. Aan de andere kant: Nederland zit ook niet te wachten op het beeld van een klein stukje weiland volgepropt met tweehonderd koeien. Op de een of andere manier moeten we dat dus handen en voeten geven.'

'Op zich is regelgeving niet het grootste probleem voor ons. Als Brussel wat wil, heeft het daar vaak wel een reden voor. Meestal is het goed voor lucht, grond of water. Daar moet de sector pro-actiever mee omgaan. Niet zich de les laten lezen door Brussel, maar Brussel de argumenten ontnemen. Dan kun je sturen. Dat vereist visie, langetermijndenken en innovatief onderzoek. Data ownership is bijvoorbeeld in onze eigen veld slecht geregeld. Daar zou de Nederlandse sector adviserend in kunnen zijn. Nu is het onduidelijk. We weten niet wat mag. Dat maakt het voor ons moeilijk om iets te ontwikkelen. Het risico is te groot dat aan het eind blijkt dat we het voor niets hebben gedaan.’

 

Terug naar het hoofdverhaal? Klik hier

Meteen naar het interview met Eric Teuwsen van John Deere? Klik hier

Meteen naar het interview met Rob van Haren van de robotvogelverschrikker? Klik hier