Frustraties aan de grens…. Maar zó kan het ook

15-10-2015

Smeergeld, eindeloze controles en oponthoud. In veel landen werkt de douane ondernemers behoorlijk tegen. En toch kan het anders, laat de Nederlandse Douane zien. Eind oktober wordt Rotterdam overspoeld door douaneambtenaren uit meer dan honderd landen. Zullen zij gaan inzien dat het een stuk ondernemersvriendelijk kan?

Eindeloze procedures, stápels papierwerk en geen flauw idee wanneer je goederen weer worden vrijgegeven. Dat is in grote delen van de wereld de douanepraktijk. Monique Ansink, directeur van Excellent Products, kan erover meepraten. De fabrikant van bevestigingsmaterialen heeft een eigen productievestiging in Vietnam. De Douane in dat land werkt allesbehalve snel. Je zit er uren te wachten voordat je exportdocumenten klaar zijn. En vervolgens duurt het nog heel lang voordat die documenten worden afgegeven. ‘Alles wordt tot de komma nauwkeurig nagekeken. Elke zending weer’, verzucht Ansink. ‘Het is niet zo dat je als vertrouwd leverancier wordt gezien als je daar een aantal keer een zending hebt aangeboden die in orde bleek te zijn. Je wordt elke keer opnieuw beoordeeld. Alles is er op gericht om degenen die iets fout doen te pakken.’

Veel compassie met ondernemers lijkt er niet te zijn in Vietnam. En al helemaal niet in landen als Congo, Jemen en Kameroen, die onderaan de wereldranglijst van de Wereldbank bungelen als het gaat om douanefaciliteiten. Nederland daarentegen staat al jarenlang in de top van ditzelfde lijstje. Kees Kuijken, directeur van logistiek dienstverlener KLG Europe, is verbaasd dat ons land maar een vierde plaats inneemt. ‘De samenwerking met de Douane is hier goed. De dienst denkt met ons mee, is bereid te zoeken naar oplossingen voor problemen waar wij tegenaan lopen. Oplossingen die aansluiten bij de wetgeving én werkbaar zijn voor ons.’

Zwaaien met de wet
Die samenwerking tussen Douane en bedrijfsleven is de kracht van Nederland, zegt Frank Heijmann, hoofd handelsrelaties bij de Nederlandse Douane. Maar er zijn ook nauwe banden met de wetenschap. De Rotterdam School of Management verzorgt sinds een paar jaar zelfs een aparte masterstudie. Daar zitten mensen uit bedrijfsleven en overheid naast elkaar in de schoolbanken. ‘Dat is dé manier om begrip te kweken voor elkaars handelen.’

Traditioneel werken bij de Douane belastingambtenaren waarvoor de wet leidend is, stelt Heijmann. Maar als je de wet goed wilt toepassen, moet je ook iets begrijpen van de bedrijven. ‘Eigenlijk moeten douaneambtenaren een beetje schizofreen zijn. Aan de ene kant moeten ze de maatschappij en de veiligheid dienen door te stoppen en te controleren. Aan de andere kant worden ze afgerekend op de snelheid waarmee ze goederen doorlaten. Dat is in het belang van de economie en de concurrentiekracht. Het is de kunst daar een balans in te vinden.’

Het is een denk- en werkwijze die volgens Heijmann elders nog wel eens leidt tot opgetrokken wenkbrauwen. ‘In veel landen staat de overheid vooral tegenover burgers en bedrijven. Met een zeker dedain en wantrouwen. Maar niet iedereen is een crimineel. Bedrijven willen gewoon zaken doen. Die perceptie kan alleen veranderen als wij laten zien dat iedereen beter wordt van samenwerken.’

Honderd landen
Het zou ondernemers helpen als die zienswijze ook tot andere landen zou doordringen. Het vijfde Technology & Information Forum van de Wereld Douane Organisatie, eind oktober in Rotterdam, moet daaraan bijdragen. Vertegenwoordigers van zo’n honderd landen schuiven daar aan, verwacht Heijmann. ‘Traditioneel is het Forum de plek waar aanbieders en afnemers van allerlei apparatuur voor toezicht en opsporing bij elkaar komen. Maar wij willen er ook een visie uitdragen. Laten zien hoe wij hier werken.’

Als voorbeeld noemt hij Schiphol Smartgate. ‘De Douane wil graag zendingen controleren. Daarvoor moeten ze door de scanner. Dat betekent dat we ze uit de logistieke stroom moeten halen en dat creëert oponthoud. Maar op Schiphol hechten bedrijven zelf ook groot belang aan veiligheid. Vliegtuigmaatschappijen willen bijvoorbeeld graag weten of er geen gevaarlijke dingen mee de lucht in gaan, dus die doen hun eigen scans. Als je dat van elkaar begrijpt, kun je ook samenwerken. Wij pluggen nu in op de scanapparatuur van die bedrijven en kijken dan op ons kantoor mee.’

De Douane werkt ook met geautoriseerde marktdeelnemers. ‘Bij die gecertificeerde bedrijven controleren we niet langer de zendingen, maar kijken we vooral of ze hun eigen processen goed controleren. Neem een medicijnfabrikant. Die heeft er alle belang bij dat zijn medicijnen veilig en zonder vervuiling bij de klant komen. Niet omdat dat in de wet staat, maar omdat hij zelf belang heeft bij een goed product. Als de Douane weet welke maatregelen er worden genomen, kunnen we daar op meeliften.’

Stuk strenger
Hoe dat vertrouwen in de praktijk uitwerkt? Kuijken heeft een vergunning voor een douaneloods waarin hij goederen kan opslaan zonder ze te hoeven inklaren. ‘Douane-technisch zijn ze dan niet in Nederland en dat scheelt veel rompslomp. Er zijn meer landen die zo’n vergunning verstrekken. Maar daar zijn de eisen waar je aan moet voldoen veel strenger. Dan moet je bijvoorbeeld beschikken over een speciaal gezekerde ruimte, waar de goederen achter een hek moeten worden geplaatst. Soms gaat het zo ver dat de Douane moet opdraven om het hek te openen en weer te sluiten als je iets in de douaneloods wilt zetten of er uit wilt halen. In Nederland volstaat het om de zaken administratief bij te houden.’

De controle is in Nederland ook praktisch geregeld, vindt Kuijken. ‘De Douane kijkt simpelweg of de papieren status en de werkelijkheid overeen komen.’ Zijn bedrijf heeft ook een vergunning om inklaringen te doen. Dat wil zeggen dat het de import van goederen mag verzorgen. De aanpak van het douanetoezicht heeft wat weg van de werkwijze bij de apk-keuring van auto’s. ‘Tijdens het digitaal inklaren mogen de goederen gewoon op of in de vrachtauto blijven. Na het inklaren heeft de Douane een kwartier om te melden dat een controle volgt. Als het tot een controle komt, vindt deze binnen een uur plaats. Deze aanpak werkt erg goed.’

Papierwinkel
Heel anders is het in Turkije, is de ervaring van Kuijken. ‘Ze werken daar nog naar de letter van de wet. Goederen die moeten worden ingeklaard, moeten worden gelost en in een douaneloods worden geplaatst. Als de papierwinkel in orde is, kan er vervolgens rustig nog een dag overheen gaan voordat de Douane langskomt voor een vergelijking van lading en papieren. Dat betekent dat de auto waarmee de goederen zijn aangevoerd een dag staat te wachten of dat je een dag later een andere auto moet sturen om de goederen weer weg te halen. De extra kosten die dat met zich meebrengt, zijn gigantisch.’

Luisteren naar het bedrijfsleven is er niet bij, merkt Kuijken. ‘Pogingen om de zaak wat te stroomlijnen worden je niet in dank afgenomen. De Douane heeft zoiets van: ‘Meneer de logistiek dienstverlener, waar bemoeit u zich mee?’ En daar heb je je dan maar bij neer te leggen. Tegenover voorstanders van verandering staan organisaties die belang hebben bij het in stand houden van de huidige situatie: douane-expediteurs en eigenaren van loodsen die niks anders doen dan douanegoederen opslaan. Nee, ik ben bang dat de situatie in Turkije nog lang bij het oude zal blijven.’

Toch denkt Heijmann dat de Nederlandse werkwijze steeds meer navolging zal vinden. ‘Op Schiphol en in Rotterdam ontvangen we elke week vertegenwoordigers van ergens uit de wereld die hier komen kijken. En we investeren ook in hulp aan andere landen. Via projecten van de Wereldbank bijvoorbeeld. Vergis je niet, er wordt heel goed naar ons gekeken.’


Top-5 beste douanefaciliteiten

Nederland staat al jaren in de top-5 van beste landen, maar moet toch een aantal landen voor laten gaan. Dat landen als Singapore en HongKong hoog scoren, verbaast Frank Heijmann van de Nederlandse Douane niet. ‘In die landen draait het om niets anders dan logistiek. De politiek is daar volledig op gericht. In Nederland wegen meer belangen. Daarnaast hebben we te maken met allerlei Europese wet- en regelgeving. Die is gericht op harmonisatie: de wet geldt zowel voor een klein Grieks haventje als de haven van Rotterdam. Dat remt ons wel eens af.’
  1. Noorwegen
  2. Duitsland
  3. Singapore
  4. Nederland
  5. Groot-Brittannië

Bron: Logistics Performance Index 2014, World Bank



Top-5 slechtste Douanefaciliteiten

In landen die onderaan de Douaneranglijst bungelen is corruptie vaak een groot probleem. Monique Ansink van Excellent Products stelt in Vietnam alles te doen zonder geld te geven aan Douanebeambten. Ze sluit niet uit dat dit misschien ook wel de reden is dat ze vaak lang moeten wachten. ‘Of geld helpt? Hard bewijs heb ik niet. Maar ik ben ervan overtuigd dat dit zo is. In landen als Vietnam zien ze er ook geen kwaad in. Trekken een parallel met het geven van een fooi in een restaurant, als een ober goed zijn werk heeft gedaan. En waarom dan niet als een douanier je prettig heeft geholpen? In het verleden was het salaris er zelfs op gebaseerd dat mensen werden betaald door de gebruiker. Door je service aan te bieden, verdiende je je geld. Wij vinden dat corruptie. Maar zij niet. We hebben het er heel vaak over. En dan komen ze met voorbeelden uit onze omgeving. Zoals: bij Easyjet betaal je ook meer om vooraan in de rij te staan, wat is het probleem? Maar als je eenmaal begint met betalen, is het eind zoek. Wij doen het niet.’
  1. Congo-Brazzaville
  2. Jemen
  3. Democratische Republiek Congo
  4. Kameroen
  5. Soedan

Bron: Logistics Performance Index 2014, World Bank



Ook in Europa kan douanepraktijk beter

‘Net rechtszaak gehad tegen de @douane: ik strijd tegen ongelijkheid in tariefindeling. Mijn missie is: afschaffen invoerrechten!’ Met die tweet maakte Monique Ansink van Excellent Products duidelijk dat er ook in Europa nog verbetering mogelijk is. Complex en subjectief, positievere kwalificaties kan Ansink niet bedenken voor de manier waarop binnen de EU de tarieven voor de invoerrechten worden vastgesteld. ‘De douane deelt goederen in op basis van productcodes. Daarbij treden per land verschillen op. Met als gevolg uiteenlopende tarieven voor hetzelfde product.’ En er zit volgens haar nog een onrechtvaardigheid in het systeem. ‘De invoerrechten worden berekend over de kostprijs van een product. Grote bedrijven hebben door het volume vaak lagere kostprijzen. Daardoor betalen zij ook minder invoerrechten over hetzelfde product.’ Ansink zou liever zien dat de invoerrechten worden berekend op basis van het gewicht, zoals in Zwitserland. Dat is een eerlijker, controleerbaar systeem. Maar liever nog ziet ze dat het huidige systeem van invoerrechten wordt geschrapt. Het verlies aan inkomsten dat daardoor ontstaat zou kunnen worden opgevangen door de invoering van een vast tarief voor alle producten. ‘De mankracht die zo vrijkomt bij de Douane kan dan worden ingezet om te controleren wat echt belangrijk is: of goederen die de EU binnenkomen veilig zijn en voldoen aan de Europese regelgeving.’